Die de vader is van David
Ruth 4:1-22 1Â Â Boaz was intussen naar de poort gegaan en daar gaan zitten. Toen kwam de man voorbij van wie hij gesproken had-zijn naam is niet van belang-en hij zei: ‘Kom hier even bij me zitten.’ De man deed wat hem gevraagd werd. 2Â Ook vroeg Boaz tien stadsoudsten plaats te nemen, en ook … Lees meer