Alles wat hiermee te maken had

Numeri 3:17-32

17  Dit zijn de namen van de zonen van Levi: Gerson, Kehat en Merari. 18  (18-20) De zonen van Gerson heetten Libni en Simi. De zonen van Kehat: Amram, Jishar, Chebron en Uzziël. De zonen van Merari: Machli en Musi. Naar hen werden de verschillende geslachten genoemd. Dit waren de geslachten van de Levieten, die elk weer onderverdeeld waren in families. 19 20 21  Van Gerson stamden de Libnieten en de Simieten af; dit waren de geslachten van de Gersonieten. 22  Het aantal mannelijke personen van één maand en ouder dat werd ingeschreven, bedroeg 7500. 23  De Gersonieten sloegen hun kamp op achter de tabernakel, aan de westkant. 24  Hun leider was Eljasaf, de zoon van Laël. 25  De Gersonieten hadden wat de ontmoetingstent betreft de zorg voor de tabernakel, de tent daaroverheen en de dekkleden, het gordijn voor de ingang van de ontmoetingstent, 26  de doeken waarmee de ruimte rond de tabernakel en het altaar afgeschermd was, het gordijn voor de ingang van de afgeschermde ruimte, en de touwen. Alles wat hiermee te maken had, was hun werk. 27  Van Kehat stamden de Amramieten, Jisharieten, Chebronieten en Uzziëlieten af; dat waren de geslachten van de Kehatieten. 28  Het aantal mannelijke personen van één maand en ouder bedroeg 8600. Zij hadden de zorg voor de heilige ruimte. 29  De Kehatieten sloegen hun kamp op aan een van de lange zijden van de tabernakel, en wel aan de zuidkant. 30  Hun leider was Elisafan, de zoon van Uzziël. 31  Zij hadden de zorg voor de ark, de tafel, de lampenstandaard, de altaren, de heilige voorwerpen die bij de dienst gebruikt werden en het voorhangsel. Alles wat hiermee te maken had, was hun werk. 32  Aan het hoofd van de leiders van de Levieten stond Eleazar, de zoon van de priester Aäron. Hij hield toezicht op degenen die de zorg voor de heilige ruimte hadden. (NBV)

Hebreeuws is een moeilijke taal. De indeling in verzen zoals wij die afgedrukt zien in alle vertalingen, en tegenwoordig ook in de uitgaven van de Hebreeuwse Bijbel zelf, hoort er oorspronkelijk niet in thuis. Maar toen in de Middeleeuwen aan klooster- en Kathedrale scholen de behoefte op kwam om nauwkeurig met elkaar te discussiëren over de problemen van geloof en leven had men een systeem nodig om snel de Bijbel te kunnen citeren. Er was toen een monnik die de hele Bijbel indeelde in hoofdstukken en verzen. Maar hier en daar had hij zich toch vergist. Zo zijn in het bovenstaande gedeelte de verzen 19 en 20 leeg. Ze staan er nog wel omdat anders de vergelijking met oudere uitgaven  niet meer mogelijk zou zijn. De Bijbel vraagt een grote nauwkeurigheid. Daarom is er ook altijd strijd over vertalingen. Wij gebruiken tegenwoordig de Nieuwe Bijbelvertaling. Die vertaling streeft er naar om het eigene van het Hebreeuws, en voor het nieuwe testament het Grieks, te bewaren maar toch zo te vertalen wij die in onze dagen kunnen snappen. Soms schrijven we hier daarom dat het ook anders vertaald kan worden. Om het duidelijker te maken.

Die nauwkeurigheid vind je ook terug in de Bijbel zelf. In het boek Exodus wordt uitgebreid beschreven hoe de Tent der Ontmoeting moest worden opgebouwd. De maten, de stoffen, de kleuren, de functies, alles staat daar beschreven. Maar de Tent der Ontmoeting is geen Tent die op een vaste plaats bleef staan. Het was de bedoeling dat de Tent mee zou reizen van legerplaats tot legerplaats. Dat wordt moeilijk als je iedereen waarschuwt van het Heilige van de Tent af te blijven, en dat iedereen die er wel aan komt kan doodvallen. Daar is nu de stam van Levi voor. En nauwkeurig wordt aangegeven welke delen van de Tent der ontmoeting voor wie zijn. Zo moesten de Gersonieten, afstammelingen van Mozes, zorg dragen voor de binnenste Tent, de woning, gemaakt van tien tapijten van getwijnd linnen draden en hemelsblauwe en purperrode karmozijnen wol. De eerste bedekking van de woning was gemaakt van rood geblakerde ramshuiden en het gordijn dat de Tent der ontmoeting moet afsluiten. Zo worden alle onderdelen die in Exodus al werden genoemd nu verdeeld over de families in de stam Levi, tot aan de ark, de tafel voor de broden, de zevenarmige kandelaar toe. Bestuurder voor deze zorg was de Hogepriester Eleazar, de zoon van Aäron.

Je leest in het bovenstaande gedeelte niet de verwijzingen naar de hoofdstukken en de verzen in het boek Exodus die worden genoemd. We kunnen dat wel terugvinden, wij noemen dat Exodus hoofdstuk 26, maar ook bij het gebruik van losse teksten en losse hoofdstukken moeten we voorzichtig zijn. De Bijbel is een verzameling boeken die elk een verhaal vertellen. De eerste vijf boeken van de Bijbel vertellen hoe het volk Israël in het land Kanaän terecht kwam. Als je alleen maar losse teksten achter elkaar zet dan loop je dus snel de kans je eigen verhaal te vertellen in plaats van het verhaal zoals dat in de Bijbel aan ons wordt verteld. Om ons daarvoor nog extra te waarschuwen staan er soms van hetzelfde verhaal twee versies in de Bijbel, wij denken dan dat het dubbel wordt verteld. Maar dat hoeft niet, alle gebeurtenissen in het leven worden die ieder anders beleefd. Dat mag dus ook, we zijn mensen, maar verschillende mensen. We horen dan ook het verhaal van de Bijbel ieder op een eigen manier verteld. Ieder in zijn  eigen taal noemt de Bijbel dat zelf. Daarom kunnen de vertellers, de voorgangers, priesters, dominees, evangelisten, niet nauwkeurig genoeg zijn bij het vertellen van het verhaal van de Bijbel. Want ook wij zullen onze samenleving moeten inrichten als een menselijke samenleving, en dat moeten we samen doen.

 

Plaats een reactie