Wat slecht is

2 Koningen 8:16-29 16 Joram, de zoon van Josafat, werd koning van Juda in het vijfde regeringsjaar van koning Joram van Israël, de zoon van Achab, terwijl Josafat nog over Juda regeerde. 17 Hij was tweeëndertig jaar oud toen hij koning werd, en regeerde acht jaar in Jeruzalem. 18 Hij volgde het voorbeeld van de … Lees meer

Waarom huilt u?

2 Koningen 8:7-15 7 Op een keer kwam Elisa naar Damascus, juist toen koning Benhadad van Aram ziek was. Men vertelde de koning dat de godsman was gekomen, 8 en de koning droeg Hazaël op: ‘Ga de godsman met een geschenk tegemoet, en verzoek hem de HEER te vragen of ik van deze ziekte zal … Lees meer

Vreemdelingen

2 Koningen 8:1-6 1 Elisa had de vrouw van wie hij het kind weer tot leven had gewekt de volgende raad gegeven: ‘U moet vertrekken en met uw familie als vreemdeling gaan wonen waar u maar terecht kunt, want de HEER laat een hongersnood komen die dit land zeker zeven jaar in zijn greep zal … Lees meer

Zo stierf hij

2 Koningen 7:3-20 Nu waren er bij de stadspoort vier mannen met een huidziekte die hen onrein maakte. Ze zeiden tegen elkaar: ‘Waarom zouden we hier de dood blijven afwachten? 4 Als we de stad binnengaan, zullen we van honger omkomen. En als we hier blijven zitten, sterven we ook. Laten we overlopen naar de … Lees meer

Een rouwkleed

2 Koningen 6:24–7:2 24 Enige tijd later riep koning Benhadad van Aram zijn leger onder de wapenen. Hij trok op en belegerde Samaria. 25 Het beleg duurde zo lang dat er in de stad een groot tekort aan voedsel ontstond. Voor een ezelskop betaalde men uiteindelijk tachtig sjekel zilver, en voor een pond duivendrek vijf … Lees meer

Zet hun een maaltijd voor

2 Koningen 6:8-23 8 De koning van Aram voerde oorlog tegen Israël. Telkens als hij in overleg met zijn bevelhebbers besloot om bij een bepaalde plaats zijn kamp op te slaan, 9 liet de godsman Elisa de koning van Israël waarschuwen dat hij uit die buurt moest wegblijven omdat de Arameeërs daar een aanval beraamden. … Lees meer

Ga je gang

2 Koningen 6:1-7 1 Op zekere dag zeiden de leden van de profetengemeenschap tegen Elisa: ‘Het gebouw waarin wij met u bijeenkomen is te klein voor ons allen, zoals u ziet. 2 Laten we naar de Jordaan gaan en daar boomstammen halen om een nieuw onderkomen te bouwen.’ ‘Ga je gang,’ zei Elisa. 3 Maar … Lees meer

Zelfs de mus

Psalm 84 1 Voor de koorleider. Op de wijs van De Gatitische. Van de Korachieten, een psalm. 2 Hoe lieflijk is uw woning, HEER van de hemelse machten. 3 Van verlangen smacht mijn ziel naar de voorhoven van de HEER. Mijn hart en mijn lijf roepen om de levende God. 4 Zelfs de mus vindt … Lees meer

Een talent zilver

2 Koningen 5:19b-27 Naäman was nog niet zo lang vertrokken, 20 toen Elisa’s knecht Gechazi bedacht: Mijn meester heeft de Arameeër Naäman voor het hoofd gestoten door het geschenk dat hij voor hem had meegebracht te weigeren. Zo waar de HEER leeft, ik ga hem zo snel mogelijk achterna om iets van hem aan te … Lees meer

Baad u.

2 Koningen 5:1-19a 1 Naäman, de bevelhebber van het Aramese leger, stond bij zijn koning in hoog aanzien en werd zeer door hem gewaardeerd, want de HEER had hem voor Aram een grote overwinning laten behalen. Maar deze grote krijgsman leed aan een huidziekte die onrein maakt. 2 Nu hadden de Arameeërs op een van … Lees meer

De reactie van het volk.

Lucas 20:9-19 9 Hij vertelde de menigte de volgende gelijkenis: ‘Een man legde een wijngaard aan en verpachtte die aan wijnbouwers, waarna hij voor geruime tijd op reis ging. 10 Toen de oogsttijd was gekomen, stuurde hij een knecht naar de wijnbouwers om zijn deel van de opbrengst in ontvangst te nemen. Maar de wijnbouwers … Lees meer

Een rovershol

Lucas 19:41-48 41 Toen Hij Jeruzalem voor zich zag liggen, begon Hij te huilen om de stad. 42 Hij zei: ‘Had ook jij op deze dag maar geweten wat vrede kan brengen! Maar dat blijft voor je verborgen, ook nu. 43 Want er zal een tijd komen dat je vijanden belegeringswerken tegen je oprichten, je … Lees meer