Lucas 6:12-19
De keus van de twaalf zoals die door de schrijver van het Lucas evangelie wordt geschetst roept weer nieuwe vragen op. We hebben het al eens over de beschrijving in het Evangelie van Marcus gehad en ook Mattheus heeft er zo z’n eigen verhaal over. Alle drie de evangelisten willen wellicht iets anders vertellen. Lucas heeft het heel nadrukkelijk over afgezanten, zendelingen, die werden gekozen. Na de dood van Jezus moesten immers een aantal mensen in de nieuwe massabeweging gezag krijgen. Gezag ontleend aan een opdracht van Jezus zelf had natuurlijk de hoogste waarde. Die afgezanten staan bij Lucas echter niet boven de menigte maar er tussen. Heel nadrukkelijk wordt verteld dat Jezus de berg afkwam. Jezus bad nooit in het openbaar, maar trok zich altijd terug om te bidden. Dat gaat nu eenmaal beter in de stilte dan in de drukte vooraan in de kerk, op de TV of de hoek van de straat. Gezanten die mooi bidden zodat iedereen het kan horen, ja die zelfs oproepen om met hen mee te bidden tot God, zijn dan ook geen afgezanten van Jezus van Nazareth. Het beeld van het genezen van mensen in een grote menigte en van een grote menigte van mensen is iets wat typisch voor het Evangelie van Lucas is. Zo typisch dat Lucas een eeuw later nog als arts werd benoemd. Of hij dat ook werkelijk geweest is weten we niet, net zo min als we weten dat de schrijver van dit Evangelie ook werkelijk Lucas heeft geheten. Die naam is er waarschijnlijk veel later aan verboden. Het ging de schrijvers van de vier Evangelieën dan ook niet om eigen eer, om kijk eens wat mooi ik kan schrijven over Jezus, maar om die boodschap. En vooral om al die mensen die eindelijk eens van die ellendige eigenschappen af wilden die hen tegenhielden om gewoon mee te doen in de samenleving en zich in te zetten voor de armen en verdrukten zoals de Wet van de Woestijn hen ooit had voorgeschreven. Die mensen verzamelden zich rond Jezus, zijn afgezanten, zijn leerlingen en iedereen die met die beweging mee wilde doen. Die nadruk op de Liefde maakte dat er kracht van Jezus uit ging. Nooit hoefde je je buitengesloten te voelen. Nooit had je het gevoel niet mee te kunnen komen, niet gezien of niet gehoord te worden. Nee lammen gingen lopen, blinden konden zien en doven konden horen werd er gezegd. Mee doen in een beweging die zich bekommerd om medemensen kunnen we nog steeds. Gewoon op de eerste werkdag van deze week gaan doen. Ogen open, oren open en in beweging komen. Daar gaat altijd kracht van uit.