Niet de ouderdom maakt wijs

Job 32:1-10

We keren voor een paar dagen terug naar het boek Job. Het boek waarin de schrijver op een bijzondere manier zich afvraagt hoe het komt dat ook goede mensen getroffen worden door onnoemelijk leed. In het archief staan de overwegingen bij de eerdere hoofdstukken uit het boek Job. Vandaag beginnen we bij het antwoord van de laatste vriend. Het is Elihu de Buziet, hij is de jongste, maar Buziet betekent ook verachtelijk, dus dat zwijgen kan ook best een pose zijn. Als je iedereen eerst laat spreken in een bijeenkomst dan schep je jezelf de mogelijkheid iets te zeggen waarvan iedereen denkt dat het origineel is, dat is het meestal ook niet, het is alleen datgene waar nog niemand aan heeft gedacht of wat de anderen minder belangrijk vonden. De andere drie vrienden van Job hebben steeds op verschillende manieren gezegd dat Job het leed aan zichzelf te wijten heeft. Ergens moet toch iets zijn dat hij fout heeft gedaan en waarvoor God hem wil straffen. Job heeft dat weerlegt. Hij was zich van geen fout bewust. Altijd had hij zijn bezit willen delen, de armen had hij geholpen, ja zelfs voor zijn kinderen had hij de plicht tot armenzorg op zich genomen. Niemand was hij ooit te na gekomen, onrecht had hij nooit betracht. Job had dat kennelijk zo overtuigend naar voren gebracht dat zijn vrienden niets meer te zeggen hadden. En dan komt Elihu. Die begint natuurlijk op een overtuigende manier. Dat het de Geest van God is die inzicht brengt is juist. De Geest van de onvoorwaardelijke en onbaatzuchtige Liefde maakt dat je weet wat goed is om te doen. Maar, dat wat je doet altijd en onvoorwaardelijk aan de Geest van God toeschrijven is natuurlijk zeer gevaarlijk. Ergens in de Bijbel staat dat de geest waait waarheen zij wil en zo is het. Wij mensen zijn toch geneigd om ons eigen belang mee te laten tellen. Als we goed doen willen we er tenminste voor bedankt worden. Sommigen zeggen ook dat de wijsheid met de jaren komt en hier heeft Elihu gelijk. Wijsheid hoeft helemaal niet met de jaren te komen. Integendeel, ouderen hebben de nijging om cynisch tegen het idealisme van jongeren aan te kijken. Zeker als die jongeren de armen en de zwakken willen gaan helpen. Dat hebben die ouderen ook gedaan en die armen en zwakken zijn er nog steeds. Het gaat er echter niet om dat armen en zwakken verdwijnen, maar dat ze geholpen worden, onze Liefde is maatgevend. En of Elihu werkelijk iets bij te dragen heeft zullen we in de komende dagen te weten komen.
 

Plaats een reactie