Lucas 7:36-50
Er wordt van Jezus van Nazareth wel verteld dat hij omging met hoeren en tollenaars maar in het verhaal van vandaag lezen we hoe het hem vergaat als hij bij keurige mensen op visite gaat. Hij gaat bij een Farizeër op bezoek. Nou klinkt de titel Farizeër bij ons inmiddels een beetje hetzelfde als huichelaar, iemand die zich keurig voordoet maar het niet is. Dat is bij de Bijbelse Farizeërs niet terecht. Op heel veel punten kwamen de opvattingen van Jezus van Nazareth en de Farizeën overeen. De beweging van de Farizeën had ook de synagoge uitgevonden. In elke plaats, in elk dorp en elke stad, stond een gebouw waar de rollen met de boeken uit de Bijbel werden gelezen en bewaard en waar men samenkwam om te leren over het verhaal van Israel en wat daarvan in het leven van alle dag toe te passen. De Tempel in Jeruzalem was vanouds ver weg en wekelijks, of soms dagelijks, bij elkaar komen rond het oude verhaal in plaats van een paar keer per jaar leverde meer op. Jezus van Nazareth sprak vaak in de synagogen en later ging ook Paulus van Tarzus naar de synagogen die hij tegen kwam. Het grote verschil was dat bij de Farizeën alleen de keurige burgers mee mochten doen terwijl Jezus van Nazareth er de nadruk op legde dat iedereen de weg van Liefde voor de naaste, het leven van delen, moest volgen en daarmee een plaats kreeg in de samenleving. Ook in het verhaal van vandaag wordt dat duidelijk. Een vrouw die kennelijk uitgestoten is uit de samenleving herkent in Jezus van Nazareth de mogelijkheid om weer een gerespecteerd en gewaardeerd lid van de samenleving te worden. Voor iemand die altijd met de nek wordt aangekeken en naar de rand van de samenleving wordt gedwongen een geweldige ervaring. Deze vrouw brengt dat tot uitdrukking door Jezus van Nazareth zijn voeten te wassen en vervolgens te zalven. Daarmee wordt die Jezus van Nazareth de Christus, de gezalfde. Overigens niet als een koning die op het hoofd gezalfd wordt maar als een geliefde die de voeten wordt gezalfd. Die zalfjes van Christenen stellen zich dus kennelijk niet als koningen op, maar als mensen van de Liefde. Het geloof dat dat voor je mogelijk is, wat je ook hebt gedaan je kunt altijd anders, maakt dat het goed kan komen. Ondanks de wrede bezetting, ondanks het geweld in de samenleving mag je in dat geloof in het goede in vrede je weg vervolgen. Ook vandaag nog.