De Sionsberg heeft hij lief

Psalm 78:56-72 56  Maar zij daagden God uit en tergden hem, namen de Allerhoogste en zijn richtlijnen niet ernstig, 57  ze werden afvallig en ontrouw zoals hun voorouders,  ze faalden als een bedrieglijke boog, 58  griefden hem met hun offerdienst op de hoogten en wekten met hun godenbeelden zijn afgunst. 59  Toen God dit hoorde, … Lees meer

Hoe vaak tergden zij God

Psalm 78:40-55 40 ¶  Hoe vaak tergden zij God in de woestijn, kwetsten zij hem in dat dorre land, 41  hoe vaak keerden zij zich af en daagden zij hem uit, krenkten zij de Heilige van Israël! 42  Zij dachten niet aan zijn helpende hand,  aan de dag dat hij hen verloste van hun belager … Lees meer

Toch bleven zij zondigen

Psalm 78:32-39 32  Toch bleven zij zondigen, op zijn wonderen vertrouwden zij niet. 33  En hun dagen eindigden in leegte, hun jaren liepen uit op een verschrikking. 34  Zodra er doden vielen, zochten zij God, zij kwamen tot inkeer en verlangden naar hem, 35  dachten eraan dat God hun rots was, God, de Allerhoogste, hun … Lees meer

Hij schonk hun het koren van de hemel

Psalm 78:17-31 17  Maar zij bleven tegen hem zondigen, de Allerhoogste tergen in de woestenij. 18  Met opzet daagden zij God uit en riepen om eten zoveel als ze wilden. 19  Zij beledigden God en zeiden: ‘Zou God in staat zijn een tafel te dekken in de woestijn? 20  Toen hij op de rots sloeg, … Lees meer

Luister mijn volk

Psalm 78:1-16 1 ¶  Een kunstig lied van Asaf.  Luister, mijn volk, naar wat ik leer, hoor de woorden uit mijn mond. 2  Ik open mijn mond voor een wijze les, spreek uit wat sinds lang verborgen is. 3  Wij hebben het gehoord, wij weten het, onze ouders hebben het ons verteld. 4  Wij willen … Lees meer

Hij kan worden vrijgekocht

Leviticus 25:47-55 47  Wanneer mensen die als vreemdeling bij jullie wonen, rijkdom vergaren en een van jullie tot armoede vervalt en zich aan zo’n vreemdeling of een afstammeling van een vreemdeling verpandt, 48  behoudt hij het recht op lossing. Hij kan worden vrijgekocht door een broer, 49  een oom of een neef of een andere … Lees meer

Toon ontzag voor je God

Leviticus 25:35-46 35  Wanneer een van jullie tot armoede vervalt en zich niet kan handhaven, moet je hem bijstand verlenen, zoals je ook een vreemdeling zou helpen die bij je te gast is; je mag hem niet laten verkommeren. 36  Toon ontzag voor je God en laat je volksgenoten niet verkommeren. Wanneer je een volksgenoot … Lees meer

Land mag nooit verkocht worden

Leviticus 25:23-34 23 ¶  Land mag nooit verkocht worden, alleen verpand, want het land behoort mij toe en jullie zijn slechts vreemdelingen die bij mij te gast zijn. 24  In heel jullie land moet voor grond altijd het lossingsrecht blijven gelden. 25  Wanneer een van jullie tot armoede vervalt en een deel van zijn grond … Lees meer

Onbezorgd in je land kunnen leven.

Leviticus 25:13-22 13  In het jubeljaar zal ieder naar zijn eigen grond terugkeren. 14  Wanneer je een stuk grond aan een ander verpandt of van een ander in pand neemt, mag je elkaar niet benadelen. 15  Het aantal jaren dat na een jubeljaar verstreken is, bepaalt de prijs die de pandnemer moet betalen; het aantal … Lees meer

Een Sabbatsrust

Leviticus 25:1-12 1 ¶  De HEER zei tegen Mozes, op de Sinai: 2  ‘Zeg tegen de Israëlieten: “Wanneer jullie eenmaal in het land zijn dat ik je zal geven, moet het land rust krijgen, een sabbatsrust gewijd aan de HEER. 3  Zes jaar achtereen mogen jullie je land inzaaien, je wijngaard snoeien en de oogst … Lees meer

Een leven voor een leven

Leviticus 24:10-23 10 ¶  Met de Israëlieten was een man meegekomen die geboren was uit een Israëlitische vrouw en een Egyptische man. Toen deze man op zekere dag slaags raakte met een Israëliet 11  en een vloek uitsprak waarin hij Gods naam lasterde, werd hij aan Mozes voorgeleid. Zijn moeder heette Selomit; ze was een … Lees meer

De lampen moeten elke nacht voor de HEER branden

Leviticus 24:1-9 1 ¶  De HEER zei tegen Mozes: 2-3 ‘Draag de Israëlieten op om je voor de verlichting zuivere olijfolie te brengen: er moet in de ontmoetingstent, buiten het voorhangsel dat de ark met de verbondstekst afschermt, altijd licht branden. Aäron moet ervoor zorgen dat de lampen de hele nacht voor de HEER blijven … Lees meer