God heeft hun geest verdoofd

Romeinen 11:7-24

Dat kan ons dus ook overkomen, dat onze geest is verdoofd en dat we het even niet meer zien zitten met dat geloof. Dat gebeurt dus met veel mensen tegenwoordig. En dat gaat soms heel langzaam. Je gaat elke zondag naar de kerk, al jarenlang, maar het werk wordt steeds drukker, je gezin wordt groter en op zaterdag zijn er tal van uiteenlopende bezigheden. Dan komt de dag dat je ook wel eens een keer wil uitslapen. Zomaar een hele morgen op je bed wil blijven liggen. En er zijn toch ook kerkdiensten op radio en tv nietwaar. Dan blijf je dus een keer thuis. En wat blijkt? Niemand die je mist, niemand die vraagt:  “waar bleef je?”. Als je dat een paar keer is overkomen ga je steeds minder en minder en steeds weer merk je dat niemand je mist, dat niemand zich afvraagt waarom je eigenlijk zo weinig meer komt. Na een tijd is het ritme thuis zo veranderd dat er eigenlijk geen plaats meer is voor de kerkdienst op zondag.

Dan ga je alleen nog met kerst, in de nacht omdat dat zo mooi is, soms met Pasen of in de vakantie, uit nieuwsgierigheid. En dan komt de dag dat de Kerk een conferentie organiseert over de vraag waarom jij en je leeftijdgenoten eigenlijk niet meer in de kerk komen. Zou het komen omdat die kerkdienst op zondagmorgen niet meer aansluit bij jou behoeften? Ze denken maar wat af, maar zich afvragen of jouw leven nog wel past bij een kerkdienst op zondag is er niet bij. Jij en je generatiegenoten worden niet gevraagd. Paulus vergelijkt dat afvallen van de kerk met takken die van een boom worden gesnoeid. Er kunnen dan vreemde takken op worden geënt, maar als die niet aanslaan worden ook die weer gesnoeid. En ook die oude takken kunnen weer worden geënt, dus je kunt altijd weer terugkeren in de kerk van je jeugd, ook als je wat ouder geworden bent, ook als je gezin weer wat tot rust is gekomen. Niemand zal zeggen dat je gemist werd, niemand zal vragen waar je was als je een keer niet komt, maar ze verwelkomen je hartelijk en als je een paar keer bent geweest dan vragen ze je ook of je mee wil doen met een van de vele activiteiten die een kerk nu eenmaal heeft.

Dat is het teken dat de tak die je bent inderdaad weer groeien kan op de stam van de kerk bij jou in de buurt. Het conflict dat Paulus kende tussen Joden en Heidenen kennen wij niet meer. Wij kennen eerder het conflict tussen kerkelijken en anti-kerkelijken. Die laatsten vinden dat we ons niet moeten bemoeien met de samenleving waarin zij leven. Niet met de armoede van velen, niet met de rijkdom van enkelen, niet met de waarde van elk individueel mens die volgens kerkelijken niet als object gebruikt mag worden, niet met oorlog en vrede, niet met vrijheid en onvrijheid. Maar gelukkig zijn er nog een heleboel mensen buiten de kerk die eigenlijk wel hun naaste lief zouden willen hebben als zichzelf. Als we die nu eens kunnen overtuigen van het feit dat dat samen veel gemakkelijker gaat dan alleen, en dat dat in die kerk bij hun in de buurt eigenlijk ook nog wel zo leuk kan zijn. Misschien moeten we ze eens meevragen, uitnodigen, zodat ze geënt kunnen worden door God.

Plaats een reactie