God heeft zich om zijn volk bekommerd

Lucas 7:11-17
 
We zitten in een hoofdstuk waarin de schrijver van het Evangelie van Lucas duidelijk wil maken aan de Heidenen, die meelezen met de Romein Theofilus, wat nu de uitwerking van de Bergrede is. Eerst hadden we het verhaal over die hoofdman over honderd. Die zette zijn positie in om een slaaf te redden en daarmee hoorde hij bij het Koninkrijk van God. Maar is dat Koninkrijk alleen voor mensen die er ook echt in geloven? Het gaat hier overigens niet om de wonderen maar om de mensen. Weduwen nemen in het verhaal van Israel een bijzondere positie in. Vrouwen horen er in de samenleving van Israel gewoon bij. Er wordt nauwelijks onderscheid gemaakt tussen mannen en vrouwen. Alleen bij weduwen wordt een uitzondering gemaakt. Een weduwe zit immers zonder famillie, en dus zonder land, en dus zonder inkomen. Ze trouwde ooit in in de famillie van haar man en leefde mee van de akker die bij de verdeling door Jozua toebedeeld was aan die famillie. Als echter haar man sterft dan vervalt dat recht. De wet van Israel schrijft dan voor dat iemand anders uit de famillie van haar man haar trouwt, die wordt de losser genoemd. Die verlost haar uit haar armoede en lost de trouwbelofte in dat ze tot haar dood mee mag eten van de akker uit de famillie van haar man. De naam van het stadje Naïn betekent aangename en die naam herinnert aan Naomi uit het boek Ruth. Ook haar man en zonen waren gestorven en ook voor haar betekende het vinden van een losser, Boaz die met Ruth zou trouwen, dat ze kon blijven leven. Hier in Naïn is kennelijk geen losser geweest. Ook de zoon van de weduwe, die de akker van zijn vader zou hebben geërfd, is dood, zorgt niet meer voor zijn moeder. En zijn moeder staat huilend, en denk maar hongerend, aan de kant van de weg. Vrouwen liepen in zo’n begrafenisstoet altijd helemaal achteraan, maar Jezus van Nazareth heeft oog voor de weduwe. Tegen de armoede van de weduwe mag je opstaan en Jezus van Nazareth roept daar dan ook toe op. Daardoor lost hij de belofte in dat de weduwe gevrijwaard is voor armoede. Dat is dus het gevolg van de bergrede. Niet de hulp uit eigenbelang zoals de G8 die schenkt. Miljarden uittrekken voor dure medicijnen die niet in Afrika worden gemaakt maar in het rijke westen. Zodat de zieken in Afrika misschien genezen worden maar de aandeelhouders in de G8 landen de extra winst opstrijken van de farmaceutische industrie. Niet verplicht stellen dat de medicijnen ook in Afrika worden gemaakt, en niet de oneerlijke handelsbarrieres opheffen zodat de genezen zieken ook in hun levensonderhoud kunnen voorzien, dat is schijn hulpverlening. Echte hulpverlening is op staan tegen de armoede en zorgen dat de armen zelf weer in hun levensonderhoud kunnen voorzien. Het verhaal zoals Lucas dat vertelt leert ons hoe dat te doen. De mensen die het meemaakten werden door ontzag overmeesterd staat er. Ze loofden God en zongen dat er een groot profeet was opgestaan, zoals Zacharias zong toen Johannes de Doper was geboren. Daar gaat het verhaal over verder, maar voor vandaag is het genoeg om te weten dat zorgen voor de weduwe en de wees werken in het Koninkrijk van God is, of die weduwe en die wees nu geloven of niet, God kijkt naar ze om als wij onze ogen en handen geopend houden.

Plaats een reactie