Huil niet langer, droog je tranen.

Jeremia 31:15-22

Het beeld van de stammoeder van Israël die uit haar graf opstaat om de vermoorde kinderen van het volk Israël te bewenen wordt later ook door de schrijver van het evangelie naar Matteüs gebruikt. Die gebruikt het na de moord op de kinderen van Bethlehem op last van Herodes. Jeremia heeft het nog over een Rama dat de meest zuidelijke grensplaats van het noordelijke rijk Israël is, hier het rijk van Efraïm genoemd. In de Bijbel komen wel acht plaatsen voor die Rama worden genoemd en aangeduid worden als de plaats waar Rachel werd begraven. De liefde tussen Jacob en Rachel was spreekwoordelijk geworden en een beeld voor de liefde tussen God en zijn volk. Als Rachel opstond om weer te wenen kon de God van Israël niet werkeloos blijven toezien. En zo is het hier ook. De ballingschap en de oorlog met zeer vele slachtoffers die daaraan vooraf ging was niet het blijvende oordeel over het volk van Israël. Rachel mag ophouden met treuren want Efraïm heeft begrepen waar het fout ging. Het nalopen van andere goden was zo dom, meedoen met de mode van de omringende volken, niet meer de Weg gaan van de God van Israël was als jeugdige onbezonnenheid, kwajongenswerk staat er eigenlijk. En zo ziet God ze graag. Daarom moet God zich wel ontfermen en kunnen de ballingen terugkeren. Niet zomaar, er moeten bakens en mijlpalen opgericht worden die de Weg aanduiden. Daarmee worden altijd de Wetten van de God van Israël aangeduid. De richtlijnen die in de woestijn waren gegeven om het volk te brengen naar een land van recht en vrede, overvloeiende van melk en honing. Een land waar de weduwe en de wees werden gestut, waar de arme recht werd gedaan en de vreemdeling die bij je werkt opgenomen wordt als één van je eigen volk. Langs die bakens en die mijlpalen mag vrouwe Israël zich haasten naar haar eigen steden. Al die overbodige kwalijke gewoonten van de vruchtbaarheidsgoden moeten worden afgelegd. Geen andere goden nalopen, niet de goden van winst en profijt, niet de goden die geluk en vruchtbaarheid moeten worden afgesmeekt maar de God van Israël, de God die bij de zwaksten in de samenleving te vinden is. Op de manier van de God van Israël een samenleving maken is iets wat zelfs in onze dagen nog geheel nieuw is. Het verhaal van de Bijbel laat voortdurend zien dat mensen worden opgeroepen daaraan te gaan werken, niet te aarzelen, maar die samenleving te beginnen. Dat geldt ook voor ons, ook vandaag weer mogen wij daaraan beginnen, met diezelfde mijlpalen en bakens. Zoals elke dag weer.

Plaats een reactie