Verkondigd onder de volken

1 Timoteüs 3:14-4:10

Gisteren hadden we het over “degenen die hun dienst goed verrichten” en vandaag schrijft Paulus dat ook als hij niet zelf komt Timoteüs dan in elk geval weet hoe men zich moet gedragen in het huis van God. En die kerk waarover het dan gaat is niet het massieve stenen gebouw dat ons sinds de middeleeuwen tot voorbeeld strekt maar het is de huiskamer waar de gemeente op de eerste dag van de week bijeenkomt om God te loven, de Schrift te lezen, dat was het Oude Testament, voor elkaar te zorgen en samen de maaltijd te houden. En hoe je je dan hebt te gedragen zien we ook in onze dagen om ons heen. Uit de tweede wereldoorlog kennen velen nog Dietrich Bonhoeffer die zijn opvatting over menselijkheid volhield tot in de dood. Jongeren hebben misschien kennis gemaakt met Roger Schütz, de stichter van Taizee, die daar Joden verborg in de oorlog en daarna jongeren bijeen bracht om vrede aan te leren. Anderen herinneren zich Albert Schweizer de theoloog en arts die naar Afrika ging om voor de armste zieken van de wereld te zorgen. Maar dichterbij ds.Hans Visser van de Pauluskerk in Rotterdam of Dom Helder Camara die met arme vissers ter demonstratie trok naar een giffabriek om de visstand te beschermen. Zo zijn er vele bekenden en onbekenden die ons voorbeeld kunnen zijn als de vraag gesteld wordt hoe je te gedragen. Die onbekende vrouwelijke diaken uit Wichen die voor de rechter kwam omdat zij een gezin bleef steunen toen dat na afwijzing van een asielverzoek op straat zou worden gezet en al die duizenden vrijwilligers van Amnesty International, Artsen Zonder Grenzen, de Fair Trade winkels en al die andere organisaties die van onze wereld meer een plek voor mensen willen maken. Maar Paulus waarschuwde Timoteüs er al voor, er zullen ook huichelaars komen die eerlijke mensen aan het twijfelen brengen. Natuurlijk denken we dan aan al die keurige zwartgerokte priesters die zich wel zouden ontfermen over de jeugd en hen een christelijke opvoeding zouden geven maar in plaats daarvan jonge mensen voor hun leven beschadigden. We denken dan ook aan bisschoppen en andere leiding gevenden die hun zogenaamde kerk eerder beschermden dan de jongeren aan hen toevertrouwd. We denken ook aan de protestantse pastores die misbruik maakten van de zwakheid van gemeenteleden en de warmte die ze zochten bij hun pastor vertaalden in warmte voor hun eigen genot. Ieder lid van welke gemeente dan ook dient de ogen en oren open te houden en de mond open te doen als ook maar het geringste signaal van dit soort huichelaars hen bereikt. We zijn samen voor elke christelijke gemeente verantwoordelijk alsof die bij ons thuis bijeen komt en het brood breekt. Maar het gaat verder. Er zijn er onder ons die beweren dat al die hulp aan de armsten in Afrika nooit kan helpen, zij geloven niet in de God van Israël. Er zijn er onder ons die beweren dat je geen maaltijd kunt houden met de vreemdelingen onder ons, zij geloven niet in de God van Israël. Er zijn er onder ons die zeggen dat je drugsverslaafden niet kunt helpen en geen hand moet uitsteken naar een prostituee, dat een crimineel die zijn straf heeft ondergaan niet op het rechte pad kan komen. Zij hebben nooit van de kracht van Jezus van Nazareth gehoord. Het nut van een vroom leven is grenzeloos, want de invloed van een leven in dienst van de armsten strekt zich uit tot ver na onze dood. Begin vandaag nog met een dergelijk leven.

Plaats een reactie