Jesaja 45:20-25
20 Laten wie uit de volken zijn ontkomen zich verzamelen, laat hen allen naderbij komen. Wie een houten godenbeeld ronddraagt, heeft geen verstand. Wie bidt er nu tot een god die niet redt? 21 Kom hier, overleg met elkaar en vertel: Wie heeft dit van meet af aan laten horen, wie heeft het lang tevoren aangekondigd? Was Ik dat niet, de HEER? Buiten Mij is er geen god. Alleen Ik ben een rechtvaardige God, alleen Ik breng redding. 22 Keer terug naar Mij en laat je redden, ook jullie aan de einden der aarde; want Ik ben God, er is geen ander. 23 Ik heb bij mijzelf gezworen: Uit mijn mond komt gerechtigheid voort,
een woord dat Ik spreek wordt niet herroepen. Voor Mij zal elke knie zich buigen en elke tong zal bij Mij zweren. 24 ‘Alleen bij de HEER,’ zal men zeggen, ‘is gerechtigheid en macht te vinden.’ Allen die zich tegen Hem keerden zullen tot Hem komen en beschaamd staan. 25 Heel het nageslacht van Israël zal bij de HEER recht vinden en zich gelukkig prijzen. (NBV21)
Plotseling gaat het in het boek van de profeet Jesaja niet meer alleen over het volk Israël. Elk volk kan de ellende van onderdrukking en geweld overkomen. Grootmachten liggen overal op de loer om nog grotere machten te worden. Vroeger heten ze koningen en keizers, tegenwoordig presidenten en dictators, maar verschillen doen ze niet. Welke opvatting je ook aanhangt, welke leus je ook achterna loopt je ontkomt niet aan de ellende die mensen elkaar aandoen. Altijd zijn er rijken die nog rijker willen worden en altijd zijn er armen van wie zelfs het laatste dat ze nog hebben wordt afgepakt. Natuurlijk zijn er rijken die af en toe een klein deel van hun vermogen uitdelen aan armen om het ongenoegen dat het verschil oproept wat te matigen. Ze worden meestal dan aardig gevonden, er worden meer producten van hen gekocht en hun macht, rijkdom en invloed nemen alleen maar toe. Waar is redding uit deze chaos te vinden, waar is het recht dat de armen toekomt? Juist, voor lezers in de Bijbel is dat te vinden bij de God van Israël.
Het is een misverstand te denken dat er dan een arm uit de wolken gestoken wordt die de dictators en misdadige presidenten tot moes knijpt. Het is een misverstand om te denken dat zonder dat de armen er zelf wat aan doen de bevrijding vanzelf aanbreekt. Juist de armen moeten beseffen dat zij het zelf zijn die de de chaos en de ellende in de wereld in stand houden. Als er niemand meer naar de oorlog zou gaan zou elke oorlog vanzelf ophouden. In de Kerstnacht wordt in talloze kerken in de wereld een verhaal vertelt dat een prachtig voorbeeld is van hoe de armen op een geweldloze manier de macht van machtige Keizers, in onze dagen dictators, kunnen breken. In de dagen dat het Romeinse Rijk de wereld beheerste en de bekende wereld van Schotland tot Ethiopië had veroverd wilde de Keizer van dat Rijk iedereen laten tellen zodat er belasting van alle inwoners geheven kon worden. Koning Herodes zou dat wel even voor hem regelen. Iedereen moest thuis blijven, huis aan huis zou worden geteld en moest de eed van trouw aan de Keizer worden afgelegd. Soldaten zagen er op toe dat iedereen zich aan die regel zou houden.
Dat deden de meeste mensen dan ook. Maar niet de herders, die moesten immers hun kudden beschermen tegen wilde dieren. Zelfs in de nacht. Maar ook mensen uit Israël verstonden het bevel van die Keizers anders dan was bedoeld. Ooit had de God van Israël beloofd dat armen een stukje grond kregen in Israël en als ze dat kwijt raakten door misoogst of ellende dan kregen hun nazaten dat na vijftig jaar weer terug. Omdat uit de mond van die God gerechtigheid voortkomt en hij had gezworen dat hij het woord dat hij had gesproken niet zou herroepen gingen arme mensen naar de plaats die God hen had gewezen, de akker die ooit aan hun voorgeslacht gegeven was. Toen daar zelfs een kind werd geboren was de hele volkstelling bij voorbaat mislukt. Het volgen van het Woord van de God van Israël brengt bevrijding, dat brengt de hemel op aarde, vrede op aarde en in mensen een welbehagen. Zelfs die herders hoefden niet meer bang te zijn, zij telden mee door wat ze deden met hun kudde. Dat kind werd de bevrijder van Israël genoemd, God met ons, Immanuel. Vier het gerust mee in een protestantse kerk in de buurt, de boodschap is nog steeds niet anders dan toen.