Johannes 1:19-28
19 Dit is het getuigenis van Johannes. De Joden hadden vanuit Jeruzalem priesters en Levieten naar hem toe gestuurd om hem te vragen: ‘Wie bent u?’ 20 Hij gaf zonder aarzelen antwoord en verklaarde ronduit: ‘Ik ben niet de messias.’ 21 Toen vroegen ze hem: ‘Wie dan? Bent u Elia?’ Hij zei: ‘Die ben ik ook niet.’ ‘Bent u de profeet?’ ‘Nee,’ antwoordde hij. 22 ‘Maar wie bent u dan?’ vroegen ze hem. ‘Wij moeten antwoord kunnen geven aan degenen die ons gestuurd hebben – wie zegt u zelf dat u bent?’ 23 Hij zei: ‘Ik ben de stem die roept in de woestijn: “Maak recht de weg van de Heer,” zoals de profeet Jesaja gezegd heeft.’ 24 De afgevaardigden die uit de kring van de farizeeën kwamen, 25 vroegen verder: ‘Waarom doopt u dan, als u niet de messias bent, en ook niet Elia of de profeet?’ 26 ‘Ik doop met water,’ antwoordde Johannes. ‘Maar in uw midden is iemand die u niet kent, 27 Hij die na mij komt – ik ben het niet eens waard om de riemen van zijn sandalen los te maken.’ 28 Dit gebeurde in Betanië, aan de overkant van de Jordaan, waar Johannes doopte.(NBV21)
Vandaag het eigenlijke begin van het Evangelie naar Johannes nadat de schrijver ons een inleiding heeft gegeven, het begint dus met een stuk van het verhaal over Johannes de Doper, net zoals het Evangelie naar Marcus begint met het optreden van Johannes de Doper. Trouwe Bijbellezers weten dat die in de woestijn woonde en sprinkhanen at. De kenners van de Bijbel uit zijn tijd gingen toch eens vragen wat hij nou eigenlijk van zichzelf vond, hoe zag hij zichzelf in de geschiedenis. Hij riep net als een profeet vroeger het volk op om weer achter de goddelijke richtlijnen uit de woestijn te gaan staan. Ooit waren ze immers uit de woestijn gekomen het land van melk en honing in. Maar Johannes was in elk geval niet de reïncarnatie van de profeet Jesaja en ook niet van Elia, die ook nog een tijdje in de woestijn had gewoond. Johannes doopte met water, hij riep de mensen op hun oude leven af te wassen en opnieuw te beginnen, als voorbereiding op een leven met Jezus, de bevrijder die beloofd was. Eigenlijk riep hij ook op te erkennen dat ze niet echt meer tot het volk behoorden. Immers ook Heidenen die bij het volk Israël wilden gaan horen moesten gedoopt worden.
Jezus van Nazareth zou die goddelijke richtlijnen op een heel nieuwe manier centraal stellen. Niet langer de regels en interpretaties en interpretaties van regels en interpretaties van interpretaties. Jezus van Nazareth stelde de liefde voor de mensen centraal. De richtlijnen waren er om mensen te bevrijden, niet om mensen te binden. De richtlijnen waren er om het mogelijk te maken van alle mensen te houden, om te zorgen dat iedereen mee kan doen. De profeet Jesaja had het ooit eens gehad over een tafel vol met drank en uitgelezen spijzen die gratis klaar gemaakt was voor iedereen die mee wilde doen. Gewone mensen in Nederland dromen zich een keer per jaar ook zo’n tafel, dat doen ze met kerst. In de donkerste dagen van het jaar begint een nieuw leven. Wij moeten dat delen nog leren blijkt in de dagelijkse praktijk De voedselbanken lopen over. Het oude leven afleggen betekent wel ook echt met het nieuwe beginnen. Johannes kwam eerst en Jezus kwam daarna. We vieren het zo dat het verhaal van Jezus op Eerste Kerstdag begint, maar het moet niet op Tweede Kerstdag al uitverteld zijn.
Tijdens de tocht door de woestijn, veertig jaar had de tocht geduurd, toen ze moesten leren te leven met de richtlijn van heb uw naaste lief als uzelf, gingen ze voortdurend in de fout. Maar God had hen een manier gegeven om telkens weer opnieuw te beginnen. Ze lieten de priester een maal per jaar alle fouten op een ram leggen en stuurden die de woestijn in. Zo krijgt ook nu het volk de gelegenheid opnieuw te beginnen, Johannes de Doper had hen daartoe opgeroepen, maar Jezus van Nazareth zou hen leren hoe dat dan moest, leven volgens de richtlijn van heb uw naaste lief als uzelf. Zo mogen ook wij weten dat we er elke dag weer opnieuw mee mogen beginnen. Johannes de Doper roept ons daartoe op, het verhaal van Jezus van Nazareth leert ons hoe te doen, en als we fouten maken leert Jezus van Nazareth hoe het weer goed te maken, dat betekent het als er staat “hij nam onze zonden op zich”, elke dag kan het weer opnieuw, ook vandaag weer.