Ester 2:1-11
1 Na verloop van tijd, toen de woede van koning Ahasveros bedaard was, gingen zijn gedachten weer uit naar Wasti; hij overdacht wat ze had gedaan en wat er over haar besloten was. 2 Daarom opperden zijn kamerdienaars: ‘Er zouden voor de koning mooie jonge meisjes gezocht moeten worden, meisjes die nog maagd zijn. 3 De koning zou in alle provincies van zijn rijk gevolmachtigden moeten aanstellen met de opdracht op zoek te gaan naar de mooiste meisjes en die bij elkaar te brengen in de burcht van Susa, in het vrouwenverblijf. Daar zouden ze onder toezicht van Hegai moeten worden gesteld, de eunuch die de koning als haremwachter dient, en een schoonheidsbehandeling moeten krijgen. 4 En het meisje dat de koning het meest bevalt, zou dan koningin moeten worden in de plaats van Wasti.’ Dit voorstel vond instemming bij de koning en hij voerde het uit. 5 Nu woonde er in de burcht van Susa een zekere Mordechai, een Jood. Hij was een zoon van Jaïr, de zoon van Simi, de zoon van Kis, uit de stam Benjamin. 6 Hij was een van de mensen die samen met Jechonja, de koning van Juda, door koning Nebukadnessar van Babylonië als ballingen uit Jeruzalem waren weggevoerd. 7 Deze Mordechai was de pleegvader van Hadassa, ook Ester genoemd, die een nicht van hem was en geen vader of moeder meer had. Na de dood van haar ouders had Mordechai haar als dochter aangenomen. Het meisje was lieftallig en mooi. 8 Toen nu het besluit van de koning in een verordening bekend was gemaakt en er veel meisjes bij elkaar werden gebracht in de burcht van Susa, waar ze onder toezicht van Hegai kwamen te staan, werd ook Ester naar het koninklijk paleis overgebracht en onder toezicht van deze haremwachter gesteld. 9 Het meisje stond hem aan en won zijn genegenheid. Daarom liet hij haar zonder uitstel de schoonheidsbehandeling en het voorgeschreven voedsel geven en stelde hij zeven voortreffelijke dienaressen uit het koninklijk paleis tot haar beschikking. Bovendien bracht hij haar samen met deze dienaressen over naar het mooiste gedeelte van het vrouwenverblijf. 10 Ester had niet verteld uit welk volk of welke familie ze stamde; Mordechai had haar namelijk op het hart gedrukt dit niet bekend te maken. 11 En iedere dag wandelde Mordechai langs de voorhof van het vrouwenverblijf om te weten te komen hoe het met Ester ging en wat er met haar zou gebeuren. (NBV)
Die koning lijkt het wel nooit te leren. Heeft zijn vorige koningin Wasti hem toch ernstig in verlegenheid gebracht omdat hij meer keek naar haar schoonheid dan naar haar waardigheid, nu schrijft hij voor haar opvolgster een schoonheidswedstrijd uit. Je merkt al aan de opbouw van het verhaal dat die koning straks zijn streken thuis zal krijgen. We maken namelijk kennis met Mordechai, een Jood. Hij was ooit uit Jeruzalem als balling weggevoerd. Op de een of andere manier was hij niet mee teruggekeerd met de andere ballingen. Terugkeren is voor mensen die gedwongen waren naar een vreemd land te verhuizen niet altijd even gemakkelijk. Ook in ons midden wonen veel mensen die ooit gevlucht waren uit een land omdat ze daar gevaar liepen maar die niet terug zijn gegaan toen het gevaar geweken was. Tussen de vlucht en het opnieuw veilig worden van het thuisland kan wel eens een hele tijd verlopen.
En dan kan je in je veilige haven een nieuwe relatie hebben opgebouwd, dan kunnen je kinderen er zijn geboren en getogen, dan kun je een carrière hebben opgebouwd die je niet zomaar kan verlaten. Zo kunnen er vele redenen zijn om toch te blijven. Moet je dan je eigen overtuigingen en je cultuur opgeven? Voor veel vluchtelingen waren het nu juist die opvattingen of die cultuur die hen in gevaar brachten en dwongen om te vluchten. Opgeven daarvan is dan een nederlaag achteraf. Bovendien kunnen die nieuwe culturen ons verrijken en helpen een betere kijk op de wereld te krijgen. En daar zijn we weer bij het boek Ester want die Mordechai was wel uit Jeruzalem weggevoerd maar hij had de leer van Mozes die daar in de Tempel werd bewaard niet in de steek gelaten. Hij had gehoorzaam aan die wetten de zorg op zich genomen voor zijn nichtje Ester, eigenlijk Hadassah geheten.
Ester is de Perzische vertaling van het Joodse Hadassah en betekent “ster” Zij wordt de ster van het verhaal want uit al die mooie meisjes van het land wordt zij door de koning gekozen als de allermooiste. Niet dat de koning weet wat hij eigenlijk kiest maar daar zal hij nog wel achter komen. Mordechai laat haar tenminste ook nu niet in de steek maar bleef nauwkeurig in de gaten houden wat er ging gebeuren. Wij weten inmiddels best dat we even verder moeten kijken dan de uiterlijke schoonheid. Daarom is het maar goed dat in veel landen de regels bij de modeshows wat strenger geworden zijn. Daar is de strijd begonnen tegen de anorexia als kwaal van schoonheid. Wellicht dat daardoor duidelijk wordt hoe ongezond die schoonheidswedstrijden zijn. Elk mens is immers net zo mooi als de God door wie die mens geschapen is.