2 Samuel 19:9b-24
Hoe beëindig je een burgeroorlog? Dat is niet gemakkelijk. Als de ene partij gewonnen heeft over de ander dan is er toch de neiging om het overwicht ook na de oorlog tot uiting te brengen. Voor je het weet is de ene onderdrukking vervangen door de andere. In de Bijbel zijn militaire overwinningen eigenlijk nooit genoeg om een conflict tot een einde te brengen. Als een oorlog een einde vindt door een overwinning op een slagveld dan zie je later het conflict weer even hard oplaaien. Het verhaal dat we vandaag lezen laat zien hoe het anders kan. Dat begint bij de 10 stammen uit het Noorden, Israël noemden ze zich. Ze herinneren zich hoe David uit Juda hen bevrijdt had van de Filistijnen, hoe ze hem als Koning hadden aanvaard omdat hij hen had beschermd. En Absalom zijn zoon, die hen had overgehaald achter hem te gaan staan, was dood. Het was dus tijd om David terug te halen. Maar die David uit Juda kon natuurlijk niet terugkeren als Juda hem niet als Koning aanvaardde. Daarom stuurde David een boodschapper naar de Priesters met het verzoek Juda te bewerken. En dat lukte.
Dan komt de terugkeer en daarin laat David zien hoe je vrede krijgt. Hij wordt eerst opgewacht door Simi, de laatste van het huis van Saul. toen David vluchtte voor Absalom stond Simi klaar om hem uit te schelden en met stenen te gooien. David had toen al geweigerd zich te laten provoceren en had geboden deze Simi te negeren. Maar nu, moet David ingaan op de overgave van Simi? Generaal Abisai de broer van Joab vindt van niet. Maar David zweert Simi niet te doden, het doden hoort niet bij de vrede, dat is iets wat hoort bij de oorlog.Vergeving en verzoening dat zijn de wapens van de vrede, dat zijn de natuurlijke wapens van de vredevorst die David gebleven is. Alleen de smet van Uria kleeft hem aan en heeft hem zijn zonen gekost. De opvolging van het huis van David komt steeds meer in gevaar. David lijkt er van geleerd te hebben en blijft zich richten naar de Priesters en naar de Wet van Gij zult niet doden.
Het is een door en door Bijbels verhaal dat we vandaag lezen. Macht en eer zijn in de Bijbel nooit doorslaggevend. Wie de sterkste is maakt niet uit voor het overleven. David moet dat als geen ander geweten hebben. Al sinds de reus Goliat door David werd verslagen zijn de overwinningen van David steeds behaald door het volgen van de Wet van de God van Israël en niet door overmatige kracht of eer en glorie. In de Bijbel is de nuchtere conclusie dat je de ander nodig hebt om te overleven. Dat je moet zorgen voor je naaste als voor jezelf. Dan pas kan er ook voor jou worden gezorgd. Daarmee stel je de zorg voor jezelf veilig. David maakt bondgenoten en nieuwe bondgenoten van zijn vijanden. Hij wordt er niet beter van, hij had ze ook kunnen laten doden, maar hij wordt er wel sterker van, hoe meer bondgenoten hoe sterker. Ook wij kunnen van onze naasten onze bondgenoten maken. Niet door ze net zo te maken als wijzelf zijn, niet door zieltjes te winnen en ze achter ons aan te laten lopen, maar door voor ze te zorgen. Door ze vrede te bieden, de hongerigen te voeden en de naakten te kleden. Door de armen zonder huis een huis te bieden. Elke dag mogen we dat weer opnieuw doen, ook vandaag weer.