2 Korintiërs 11:1-15
Het is niet gemakkelijk een indruk te krijgen wat voor apostelen die tegenstanders van Paulus nu eigenlijk waren. Ze kleineerden hem, verkondigden een andere Jezus van Nazareth en een ander Evangelie. Maar welk Evangelie dat weten we niet? Het zou gemakkelijk een vergeestelijkt Evangelie geweest kunnen zijn, zo een van bid en gedraag je vroom, maar waar elke zorg voor de armen uit verdwenen is en een waar het onderscheid tussen armen en rijken weer voluit en plaats krijgt. Ook al in de dagen van Paulus waren gnostische stromingen die dit soort pseudo christelijke leer verkondigden.
In andere brieven van Paulus lezen we ook over de strijd die er gewoed heeft rond de betekenis van de Joodse Wet. Die Wet moest niet worden opgelegd aan de Heidenen maar werd door Paulus zeker ook niet afgeschaft. Integendeel Paulus beschouwde iedere gelovige als een Tempel waar de stenen platen met de Wet opgeborgen waren. In de harten van de gelovigen, daar was die Wet gegrifd. Voor veel Christenen ging dat veel te ver. De apostel Jacobus zou later nog eens een brief moeten schrijven waarin hij uiteen zet dat het geloof zonder de werken maar een dood geloof is. Een opvatting die zeker ook gedeeld werd door Paulus zelf.
In dit gedeelte lezen we een paar argumenten over tegenstanders van Paulus die ons op een ander spoor zetten. Mensen die lijden aan gewichtigdoenerij komen voorbij. En het is kennelijk nodig voor Paulus om nog eens te benadrukken dat hij zich niet heeft laten betalen door de mensen van Korinthe toen hij daar aan het werk was een gemeente te stichten. Het geld dat hij bijeen bracht was voor de broeders en zusters in Jeruzalem maar hijzelf wilde er niets van hebben. Als je dat zo leest krijg je toch de indruk dat fraai sprekende mannen zich een ruim betaalde positie als leider van de gemeente hadden weten te verwerven. Schijnapostelen noemt Paulus ze. Het gaat ze niet om die nieuwe samenleving waarvan de gemeente de voorbode van is maar om hun eigen positie als leider van weer een nieuwe gemeenschap.
Het is voor ons ook een aardige maatstaf als er weer een collecte gehouden wordt om de voorganger in staat te stellen zijn werk te blijven doen. Een voorganger als Paulus houdt zulke collecte niet maar zet zich er tegenaf. Een voorganger als Paulus houdt collectes voor de armsten, voor Kerk in Actie. En die kunnen we ook nu nog steunen, elke dag weer.