Hij was een vroom man

Handelingen 10:1-23a

In de Bijbel staat ergens dat gelovigen die onder druk staan dromen zullen dromen en vergezichten zullen zien. Vandaag gaat het daar in het gedeelte dat we lezen ook over. Want hoe verander je een wereldrijk zonder geweld? Dan moet je in elk geval de mensen die het met je eens zijn niet buitensluiten. En daar gaat dit verhaal over. De spanningen tussen Joden en Romeinen liepen na de dood van Jezus van Nazareth steeds verder op. Uiteindelijk zou dit uitlopen op de grote opstand van het jaar 70 die door de Romeinen bloedig werd neergeslagen en als resultaat had dat de Tempel in Jeruzalem verwoest werd. Nu bestond een groot deel van het Joodse volk uit bekeerlingen, mensen die vanuit het Heidendom overgegaan waren tot het Jodendom, met besnijdenis en al. Dat zou later nog de nodige spanningen veroorzaken in de jonge Christelijke gemeenten. Maar er waren ook een heleboel mensen die de God van Israël als enige God aanvaard hadden, met de Joden mee de grote feesten vierden en de eigen goden hadden afgezworen. Godvrezenden noemden ze die, maar die waren geen Joden geworden, ze hadden zich niet laten besnijden. Deze Cornelius, hoofdman van de Italiaanse cohort uit Caesarea, was zo iemand. Door de Rabijnen werden deze godvrezenden later niet als Heidenen, afgodendienaars, gezien. Dat waren ze ook niet. Maar onder het toenemende nationalisme was er natuurlijk wel de vraag hoe met elkaar om te gaan. Die vraag leefde bij Cornelius en die vraag leefde bij Petrus. En beiden kregen een droom over hoe het zou kunnen gaan. Voor Cornelius was de manier waarop de Joodse regels bij de volgelingen van Jezus van Nazareth werden beleefd, vanuit liefde voor de mensen, veel aantrekkelijker dan de juridische beleving die steeds meer opgeld deed in de synagogen. Met die Petrus moest hij dus een woordje spreken. Voor Petrus was het van belang juist die mensen niet af te stoten die het eigenlijk met de Joden eens waren, maar dan moest je ook met hen eten en bij hen over huis komen. En hij in zijn droom ontdekt hij dat alles wat mensen kan voeden van God afkomstig is en dat de liefde voor de minste je kan verenigen in God. Zo komen twee dromen bij elkaar. Het is een verhaal dat ook wij ons kunnen aantrekken in de discussie over inburgering. Er zijn veel Moslims die inmiddels volgens dezelfde gewoonten en gebruiken leven die ook wij vanouds kennen. Maar waarom moeten die over één kam geschoren worden met ultra conservatieven. De meesten van ons willen toch ook niet vereenzelvigd worden met ultraconservatieve protestanten of ultra-conservatieve Rooms-Katholieken? Om de gewenste nuances aan te brengen in de omgang en met elkaar in gesprek te raken waar dat nodig is zullen ook wij bereid moeten zijn bij elkaar over de vloer te komen en samen de maaltijd te nuttigen. Die boodschap kregen Petrus en Cornelius in hun dromen mee. Laten ook wij dromen van een samenleving waarin we niet tegenover elkaar staan. Aan zo’n samenleving mogen we elke dag opnieuw gaan werken, ook vandaag weer.

Plaats een reactie