Een nieuwe hemel en een nieuwe aarde.

Openbaring 21:1-5a

Vandaag lezen we een visioen waar de kerk al eeuwen mee worstelt en dat vele mensen buiten de kerk gebracht heeft. Want wat is er gemakkelijker dan de mensen te vertellen dat ze na de dood naar de hemel gaan, dat daar op enig moment geoordeeld zal worden over hun daden en als ze het niet zo verkeerd hebben gedaan God genadig genoeg is om ze eeuwig in de hemel te laten wonen waar ze hallelujah en zo mogen zingen. Al het lijden dat ze op deze aarde meemaken maakt ze alleen maar meer geschikt voor de hemel is er zelfs aan mensen voorgehouden. Gehoorzaamheid, geduld en lijdzaamheid is de drie-eenheid van de vrome mens die het hemelse zal beĆ«rven heeft er vaak geklonken in de kerken de afgelopen eeuwen. Maar wie bijna aan het eind van de Bijbel is gekomen leest ineens het tegendeel. Een gevangene van het Romeinse Rijk ziet ineens een nieuw Jeruzalem uit de hemel neerdalen bij God vandaan. In zijn dagen was Jeruzalem verwoest, waren de inwoners over het Romeinse Rijk verspreid, was vooral ook de Tempel in Jeruzalem verwoest en dan klinkt er niet van stil maar wacht maar als je dood bent wordt alles nieuw en mag je naar de Here Jezus in de Hemel maar dan klinkt het van “Gods woonplaats is onder de mensen, hij zal bij hen wonen, zij zullen zijn volken zijn en God zelf zal als hun God bij hen zijn” Alsof dat morgen zomaar zou kunnen gebeuren. Dat is te mooi om waar te zijn zo lijkt het en daarom is het ook een droom een visioen. Maar het is een betere belofte dan geduldig pijn en lijden te moeten verdragen tot je er aan dood gegaan bent. Het kan vandaag gebeuren dat de hemel openscheurt en de hemel op aarde komt. Dan zal er geen dood meer zijn, geen rouw, geen tranen en geen pijn want wat er eerst was is voorbij. Wat hebben we dan in onze geschiedenis een kansen gemist. Na de tweede wereldoorlog hadden we immers de kans om de slachtoffers op te vangen en te zorgen dat hun pijn en lijden voorbij zou zijn en hun tranen gewist zijn. Nu 65 jaar na de oorlog moeten we nog slachtoffers en hun nabestaanden opvangen, moeten ze nog vechten om hun geloofsgemeenschappen die weer zijn aangegroeid de plaats in onze gemeenschap te geven die hen ooit is ontstolen en die ze terugverdienen. Nog moeten we leren geen angst voor de vrijheid te hebben om anderen te laten geloven wat ze willen en zich te uiten zoals ze zich willen uiten. Alles werd nieuw na de Tweede Wereldoorlog maar wij brachten alles snel weer tot de oude verhoudingen en nog steeds willen we dat graag alles bij het oude blijft in plaats van de werken aan die nieuwe wereld waarbij de hongerigen gevoed zijn, aan mensen recht gedaan is, de bedroefden getroost, de wapens zijn omgesmeed tot landbouwwerktuigen en de leeuw naast het lam zal weiden. Allemaal beelden uit de boeken van de profeten en het visioen van Johannes. Telkens weer worden we uitgedaagd onze samenleving te meten aan de samenleving zoals ze zou moeten worden, zoals die dus geschetst wordt door Johannes. En dan gaat het er niet om dat dat ooit wel eens na onze dood in een hemel zal plaatsvinden maar dan gaat het er om vandaag er nog voor aan het werk te gaan, zo lang we zullen leven en opdat we lang zullen leven!

Plaats een reactie