Psalm 34
Vandaag hebben de Christenen een dubbele feestdag. Het is de Rooms Katholieke feestdag van Allerheiligen en de Protestantse feestdag van de Dankdag voor? gewas en arbeid. Veel kerkdiensten zijn er voor de beide feestdagen niet maar toch wordt er hier en daar nog aandacht aan besteed. Dat van die heiligen lijkt typisch voor de Rooms Katholieke kerk. Vroeger dachten ze dat je aan gestorven christenen kon vragen om voor de gelovigen te bidden tot God. Dat gebeurt in de Rooms Katholieke Kerk nog wel maar de Protestanten hebben na Maarten Luther geleerd dat je ook rechtstreeks tot God kunt bidden. Net als David deed, toen hij weer eens ontsnapt was, in de Psalm die we op deze dubbele feestdag meezingen. Maar met dat bidden tot de Heiligen hebben Protestanten ook een andere kant van de Heiligen weggegooid en dat is het voorbeeld dat vele Heiligen kunnen hebben. Zo vieren we over een paar weken het feest van Sint Maarten, die zijn mantel in tweeën sneed en de helft aan een bedelaar gaf. Vandaag zou je veel van dit soort verhalen moeten vertellen. Dan leer je ook dat een overvloedige oogst je niet alleen dankbaar moet maken maar ook vrijgevig. Zoals kinderen op het feest van Sint Maarten zingend langs de deuren gaan en snoep krijgen zo moeten we vandaag op de Dankdag voor gewas en arbeid, het oogstfeest, stilstaan bij de honger in de wereld en de voedselbanken in ons eigen land. Het is bij uitstek het feest van delen en van bevrijding van honger en onderdrukking. Het zijn de Heiligen die ons zijn voorgegaan, die altijd de droom van de rechtvaardige samenleving, waar liefde heerst, levend hebben gehouden. Soms ten koste van hun eigen leven. Die Heiligen hebben we ook vandaag de dag nog, denk maar aan mensen als Martin Luther King en Rosa Parks, aan Alan Boesak en Nelson Mandela en aan al die ontelbare mensen die honger en onrecht in de wereld bestrijden en ons blijven wakker houden. Aan hen denken betekent vandaag ook met die armen delen van onze overvloed, daarom is het dubbel feest, ook voor Protestanten.