Lucas 1:1-25
We leven in de adventstijd. Nog een paar weken en het is Kerstmis en in de aanloop naar Kerstmis vraagt de kerk zich af hoe het ook al weer zit met de verwachting van de komst van het Koninkrijk van God. Die komst begon met de geboorte van Jezus van Nazareth maar ook die geboorte had een voorgeschiedenis. Dat verhaal begint met twee mensen uit het Priestergeslacht. Voorop in het verhaal van Jezus van Nazareth staat dus de Wet in de Tempel in Jeruzalem. Want Priesters waren er voor om de mensen te helpen die Wet, de Wet van Heb-Uw-Naaste-Lief-Als-Uzelf, te onderhouden. Dat Priestergeslacht was ooit begonnen met Aäron de broer van Mozes. Maar in de loop van de geschiedenis was die familie heel erg uitgebreid. Wij bepalen ons tot twee leden van die familie, Zacharias en Elisabet, een al wat ouder echtpaar dat geen kinderen had. Ze doen dan direct denken aan Abram en Saraï die ook geen kinderen hadden maar aan het begin stonden van het verhaal over het volk Israël. En zo konden ook Elisabet en Zacharia ook wel eens aan het begin staan van een geweldig verhaal. Ze worden in het Grieks “rechtvaardigen” genoemd en om rechtvaardigen gaat het meestal in de Bijbel. Die Herodes was wel Koning der Joden, maar het was geen Jood. Hij kwam uit Edom en stamde dus af van Esau de broer van Jacob die Israël zou worden. Er was ook nog een profeet geweest die Zacharia heette en zo vinden we in het begin van het verhaal van Lucas de Koning, de Priester en de Profeet. Samen staan ze rond de Wet van de Tempel in Jeruzalem. Maar dat was lang onvruchtbaar gebleven. Daaraan kwam nu een einde. Terwijl Zacharias in de Tempel dienst deed kreeg hij een visioen, een droom dat er toch een kind geboren zou worden, een kind dat apart gezet zou worden, zoals Simson ooit apart gezet was, een kind dat de bevrijding van het volk zou aankondigen, waarmee de bevrijding zou beginnen. Want al die uitspraken van die engel, boodschapper van God, zijn uitspraken die je in het Oude Testament, de Hebreeuwse Bijbel kan terugvinden. En als je de hele schrift hebt om voor je te spreken dan doe je het zwijgen er toe, dan heb je zelf niets meer te zeggen. En zo gaat het met Zacharias: hij kon geen woord meer uitbrengen. Veel geleerden hebben zich overigens afgevraagd waarom Elisabet zich verborgen hield, maar de betekenis daarvan komt waarschijnlijk pas aan het licht als we het verhaal van Lucas verder lezen en zo ver zijn we nog niet. Vandaag houden we op bij Elisabet die sprak zoals ooit Rachel sprak toen zij moeder werd van Jozef: “God heeft weggenomen mijn schande”. In een samenleving waar de gelijkheid van man en vrouw werd ontkend, waar men niet kon geloven dat God man en vrouw naar zijn beeld had geschapen, was het een schande als een vrouw geen kinderen had. Aan Abraham en Sara, aan de ouders van Samuël, aan de ouders van Simson en aan Zacharias en Elisabet zouden we moeten leren dat die schande onzin is. Als we werkelijk gaan leven zoals God dat in de Wet heeft bepaald, als we werkelijk van onze naaste gaan houden als van onszelf, als we gaan leven voor de minsten op aarde, dan gaat de onvruchtbaarheid voorbij, dan breekt nieuw leven aan, dan komt er namelijk een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. In dat verhaal kunnen we dus ook vandaag mee gaan doen en waarom ook niet.