Onrein

Matteüs 8:2-13

2 Er kwam iemand naar Hem toe die door een huidziekte onrein was. Hij wierp zich voor Hem neer en zei: ‘Heer, als U wilt, kunt U mij rein maken.’ 3 Jezus strekte zijn hand uit, raakte hem aan en zei: ‘Ik wil het, word rein.’ En meteen was hij van zijn ziekte gereinigd. 4 Jezus zei tegen hem: ‘Denk erom dat u er met niemand over praat, maar ga u aan de priester laten zien en breng als getuigenis voor de mensen het offer dat Mozes heeft voorgeschreven.’ 5 Toen Hij Kafarnaüm binnenging, kwam er een centurio naar Hem toe die Hem om hulp smeekte. 6 ‘Heer,’ zei hij, ‘mijn knecht ligt thuis verlamd op bed en lijdt hevige pijn.’ 7 Jezus antwoordde hem: ‘Ik zal meegaan en hem genezen.’ 8 Daarop zei de centurio: ‘Heer, ik ben het niet waard dat U onder mijn dak komt. Spreek slechts een enkel woord en mijn knecht zal genezen. 9 Ook ik ben iemand die onder andermans gezag staat en zelf weer soldaten onder zich heeft, en als ik tegen een soldaat zeg: “Ga!”, dan gaat hij, en tegen een andere: “Kom!”, dan komt hij, en als ik tegen mijn slaaf zeg: “Doe dit!”, dan doet hij het.’ 10 Toen Jezus dit hoorde, verbaasde Hij zich en Hij zei tegen degenen die Hem volgden: ‘Ik verzeker jullie: bij niemand in Israël heb Ik zo’n groot geloof gevonden. 11 Ik zeg jullie dat velen uit het oosten en uit het westen zullen komen en met Abraham, Isaak en Jakob zullen aanliggen bij het feestmaal in het koninkrijk van de hemel, 12 maar de erfgenamen van het koninkrijk zullen worden verbannen naar de uiterste duisternis; daar zullen zij jammeren en knarsetanden.’ 13 Tegen de centurio zei Jezus: ‘Ga naar huis. Zoals u het geloofd hebt, zo zal het gebeuren.’ Op hetzelfde moment genas zijn knecht. (NBV21)

Wie al eens in het boek Leviticus heeft gelezen zal begrijpen dat Jezus van Nazareth eigenlijk als Priester optreed. Er staan daar heel nauwkeurige voorschriften voor de reiniging van huidvraat, de vele huidaandoeningen die er zijn, de Egyptische ziekte, door Rabijnen wel uitgelegd als de ziekte van de kwaadsprekerij. Huidvraat is eng en we hebben de neiging dat wat eng is buiten te sluiten. Wat eng is moet wegwezen, terug naar de Antillen, of naar Marokko of zo. Als je ernstig en langdurig ziek bent dan moet je naar de bijstand, in elk geval niet meer naar je baas. Jezus van Nazareth pakt dat anders aan. Hij volgt de geboden uit de wetten van Mozes en stuurt de patiënt naar de tempel, om zich door de priester te laten keuren en te reinigen en het offer te brengen als betaling daarvoor. Over genezen en over wonderen van Jezus mag hij absoluut niet praten. Door deze opdrachten komt de patiënt weer onder de mensen, te beginnen in het hart van de samenleving. Niks eng, weer gewoon meedoen, dat is de kern van de Richtlijnen voor de menselijke samenleving die na koning David in de Tempel werden bewaard. 

Die richtlijnen vormen de grondslag van een volk waar mensen van mensen houden en waar medemensen dus nooit eng kunnen zijn. Tegenwoordig kunnen lepralijders met medicijnen worden genezen. Maar in arme landen worden die enge lepralijders nog steeds buiten de samenleving geplaatst. Daarom is het goed dat we de Leprastichting hebben, die niet alleen zorgt voor medicijnen maar ook voor opleidingen en werk, zodat de lepralijders weer opgenomen kunnen worden in de samenleving. Als U wat kunt geven aan de Leprastichting moet U het niet laten. Soms moeten we namelijk onszelf reinigen van de weerzin tegen enge mensen. Want onrein daar gaat het over. De onreinheid van de huidvraat kan ook op een huis rusten weten we uit het boek Leviticus en aangezien de Priesters een huis van een ongelovige niet mochten inspecteren moest iedereen er volgens de Farizeeën van uitgaan dat het huis van een ongelovige onrein is. Maar als iemand onrein is en rein wil worden kan dat. Dat kan door te gaan leven volgens de Tora.

Maar is de centurio onrein? Volgens Jezus van Nazareth kennelijk niet. Direct zegt deze namelijk dat hij mee zal gaan naar het huis van deze Romeinse bezetter.  En daar ging het Jezus om in dit verhaal, duidelijk maken wanneer je echt onrein bent. De grote zorg die deze officier in het Romeinse leger voor zijn slaaf heeft, het risico dat hij neemt door gezien te willen worden met een volksmenner als Jezus, maakt dat hij zijn naaste dus kennelijk net zo lief heeft als zichzelf. Het gaat hem daarbij ook niet om zichzelf, hij is het niet waard dat Jezus om hem de wet overtreed, het gaat om zijn slaaf. En daar valt Jezus bijna om van verbazing. Al die deftige leiders van het volk, geleerden uit de Tempel, die zo nauwkeurig met elkaar vaststellen met wie je wel en met wie je niet om hoort te gaan, halen het niet in gehoorzaamheid aan de grondslag van het volk bij deze Heiden, de buitenstaander, deze bezetter. Die Heiden hoort dus ook bij het Koninkrijk van God, waar die grondslag de boventoon voert, de deftige leiders plaatsen zich daar buiten. De keus is duidelijk, rein zijn zij die kiezen voor de lijdenden, de zwakken, niet voor de letters van welke wet dan ook. Vandaag voor vrouwen met erfelijke borstkanker of vreemdelingen die gevangen zijn zonder dat zij wegens een misdrijf veroordeeld zijn en morgen voor de hongerenden in de wereld.

Plaats een reactie