Kalme woorden

Spreuken 25:11-20

11 Het juiste woord op de juiste tijd is als een gouden appel op een zilveren schaal. 12 Een wijze vermaning voor een luisterend oor is als een gouden ring, een sieraad van het zuiverste goud. 13 Een betrouwbare bode is voor zijn opdrachtgever als een koele dronk tijdens de oogst: hij beurt hem op. 14 Wie wil imponeren met geschenken zonder waarde is als wind en wolken zonder regen. 15 Een heerser laat zich overtuigen door geduld, kalme woorden breken krachtige tegenstand. 16 Als je honing hebt gevonden, ga je dan niet te buiten, anders raakt je maag te vol en moet je braken. 17 Bezoek een vriend alleen zo nu en dan, anders word je hem te veel en gaat hij je haten. 18 Wie een vals getuigenis tegen een ander aflegt is als een bijl, een zwaard, een scherpe pijl. 19 Vertrouwen op een onbetrouwbaar mens in tijden van nood is als eten met een rottend gebit, lopen met een verzwikte enkel. 20 Een vrolijk lied zingen voor iemand die treurt is als je ontkleden op een koude dag, of azijn gieten op soda. (NBV21)

Als je wilt dat een ander zich anders gedraagt dan zijn er vaak betere wegen dan een rechtszaak te beginnen. Een wijze vermaning is een begin, laten merken en gewoon vertellen hoe slecht het gedrag van een ander is kan een vervolg zijn. Maar kijk uit, waarschuw niet zonder het waar te kunnen maken. Verval niet in de dreiging van de regenbui die uitblijft, je woorden worden krachteloos. Schelden, steeds grotere woorden gebruiken zonder vervolg heeft dus geen zin. Het blijven lessen uit het spreukenboek die we elke dag wel kunnen gebruiken. Laat ze daarom vandaag goed tot je doordringen en draag ze uit. Kalme woorden immers breken krachtige tegenstand.

Als je honing eet dan spreek je zoete zaken is een oud gegeven, het is ook een spreekwoord geworden in onze taal. Je moet ook in een rechtszaak dus niet al te zoetsappig staan te praten dan krijg je pijn in je buik, ofwel het zal zich tegen je keren. Slijmen noemen we dat tegenwoordig en een slijmerd neemt de mensen niet voor zich in maar tegen zich in. Zoiets geldt ook voor vrienden die je in je zaak nodig kan hebben. Als je ze over de vloer loopt, te veel op bezoek komt, dan krijgen ze een hekel aan je. Zoek je karaktergetuigen dan keert die vriendschap zich tegen je. Nu dat van die onbetrouwbare mensen spreekt vanzelf, maar je vrolijk maken over droevige of ernstige zaken doet de rechter rillingen over zijn rug lopen. Proef maar eens een frisdrank die aangevuld is met azijn.

Het lijkt er soms op of de teksten uit het boek Spreuken een losse opsomming van spreekwoorden zijn. Net als “Het grote spreekwoordenboek der Nederlandse Taal”, een boek overigens waarin veel teksten uit het boek Spreuken zijn terug te vinden. Maar zo onsamenhangend als het op het eerste gezicht lijkt zijn de teksten niet. We zijn gisteren in dit hoofdstuk begonnen en lazen toen dat het ook over de rechtspraak gaat. Hoe schep je een klimaat waarin je eerlijk en rechtvaardig overkomt. Dat is dus door je zelf niet op te dringen en op de voorgrond te zetten maar door altijd de waarheid op de voorgrond te zetten en eerlijk te vertellen hoe jij de zaken uit je leven ziet. Wijze lessen ook voor vandaag.

Plaats een reactie