Alle goeds!

Ezra 5:6-17 6 Afschrift van de brief die Tattenai, de gouverneur van de provincie Trans-Eufraat, en Setar-Boznai, en diens ambtgenoten, bestuurders van de genoemde provincie, aan koning Darius hebben gezonden. 7 Het bericht aan hem luidde als volgt: ‘Aan Darius, de koning: alle goeds! 8 Het zij de koning bekend dat wij naar de provincie … Lees meer

Met geweld dwongen zij hen

Ezra 4:17-5:5 17 De koning stuurde het volgende antwoord: ‘Aan Rechum, het hoofd van de kanselarij, en aan Simsai, de hofschrijver, en aan hun overige ambtgenoten die wonen in Samaria en de rest van de provincie Trans-Eufraat: wij wensen u vrede!18 Het schrijven dat u ons heeft doen toekomen, is mij woordelijk voorgelezen. 19 Ik … Lees meer

Het zij de koning bekend

Ezra 4:1-16 1 De tegenstanders van Juda en Benjamin hoorden dat de teruggekeerde ballingen een heiligdom voor de HEER, de God van Israël, aan het bouwen waren. 2 Zij gingen naar Zerubbabel en de familiehoofden, en zeiden: ‘Wij willen meehelpen met de bouw, want ook wij vereren uw God, wij offeren al aan hem sinds … Lees meer

Op zijn oude fundamenten

Ezra 3:1-13 1 Aan het begin van de zevende maand, toen de Israëlieten zich in hun steden hadden gevestigd, verzamelde het voltallige volk zich in Jeruzalem. 2 Jesua, de zoon van Josadak, en zijn medepriesters, en Zerubbabel, de zoon van Sealtiël, en zijn verwanten, bouwden het altaar van de God van Israël, om daarop te … Lees meer

Dit zegt Cyrus

Ezra 1:1-11(-2:70) 1 In het eerste regeringsjaar van Cyrus, de koning van Perzië, ging in vervulling wat de HEER Jeremia had laten aankondigen. Hij zette de koning ertoe aan om in zijn hele koninkrijk mondeling en ook schriftelijk het volgende besluit bekend te laten maken: 2 ‘Dit zegt Cyrus, de koning van Perzië: Alle koninkrijken … Lees meer

Daar zetelt het gerecht

Psalm 122 1 Een pelgrimslied van David. Verheugd was ik toen ik hoorde: ‘Wij gaan naar het huis van de HEER, ‘ 2 verheugd ben ik, nu onze voeten staan binnen je poorten, Jeruzalem. 3 Jeruzalem, als een stad gebouwd, hecht en dicht opeen. 4 Daar komen de stammen samen, de stammen van de HEER, … Lees meer

Dat leiders hun macht misbruiken

Matteüs 20:17-34 17 Onderweg naar Jeruzalem nam Jezus de twaalf leerlingen apart. Hij zei tegen hen: 18 ‘We zijn nu op weg naar Jeruzalem, waar de Mensenzoon zal worden uitgeleverd aan de hogepriesters en de schriftgeleerden, die hem ter dood zullen veroordelen. 19 Ze zullen hem uitleveren aan de heidenen, die de spot met hem … Lees meer

Wat je toekomt

Matteüs 20:1-16 1 Het is met het koninkrijk van de hemel als met een landheer die er bij het ochtendgloren op uittrok om dagloners voor zijn wijngaard te zoeken. 2 Nadat hij met de arbeiders een dagloon van een denarie overeengekomen was, stuurde hij hen naar zijn wijngaard. 3 Drie uur later trok hij er … Lees meer

Waar is die God van hen?

Psalm 115 1 Niet ons, HEER, niet ons, geef uw naam alle eer, om uw liefde, uw trouw. 2 Waarom zeggen de volken: ‘Waar is die God van hen?’ 3 Onze God is in de hemel, hij doet wat hem behaagt. 4 Hun goden zijn van zilver en goud, gemaakt door mensenhanden. 5 Ze hebben … Lees meer

Want hij is de levende God

Daniël 6:19-29 19 Daarna keerde de koning terug naar zijn paleis en bracht de nacht door zonder iets te eten; hij kon de slaap niet vatten, maar liet niets ter afleiding brengen. 20 Vroeg in de ochtend, toen het licht begon te worden, stond de koning op en haastte zich naar de leeuwenkuil. 21 Zodra … Lees meer

Ze kan niet worden herroepen.

Daniël 6: 11-18 11 Toen Daniël hoorde van het besluit dat op schrift gesteld was, ging hij naar zijn huis. In zijn bovenvertrek had hij in de richting van Jeruzalem open vensters. Daar knielde hij neer, bad tot zijn God en prees hem, precies zoals driemaal per dag zijn gewoonte was. 12 Maar toen drongen … Lees meer

Het verbod op schrift.

Daniël 6:2-10 2 Darius ging ertoe over honderdtwintig satrapen over het gehele koninkrijk aan te stellen. 3 Boven hen stelde hij drie rijksbestuurders aan, van wie Daniël er een was; aan hen moesten de satrapen rekenschap afleggen, opdat de koning geen schade zou lijden. 4 Daniël nu onderscheidde zich van de rijksbestuurders en satrapen door … Lees meer