Exodus 12:1-13 1 De HEER zei tegen Mozes en Aäron, nog in Egypte: 2 ‘Voortaan moet deze maand bij jullie de eerste maand van het jaar zijn. 3 Zeg tegen de hele gemeenschap van Israël: “Op de tiende van deze maand moet elke familie een lam of een bokje uitkiezen, elk gezin één. 4 Gezinnen … Lees meer

Psalm 130 1  Een pelgrimslied. Uit de diepte roep ik tot u, HEER,  2  Heer, hoor mijn stem, wees aandachtig, luister naar mijn roep om genade. 3  Als u de zonden blijft gedenken, HEER, Heer, wie houdt dan stand? 4  Maar bij u is vergeving, daarom eert men u met ontzag. 5  Ik zie uit … Lees meer

Exodus 10:21-11:10 21 De HEER zei tegen Mozes: ‘Strek je arm uit naar de hemel, dan komt er duisternis over Egypte, een duisternis zo dicht dat ze tastbaar is.’ 22  Mozes strekte zijn arm uit naar de hemel, en toen was heel Egypte in diepe duisternis gehuld, drie dagen lang. 23  Drie dagen lang konden … Lees meer

Exodus 10:1-20 1 De HEER zei tegen Mozes: ‘Ga naar de farao, want ik heb hem en zijn hovelingen zo halsstarrig gemaakt om in Egypte al deze wonderen te kunnen doen. 2 Ook wil ik dat jij aan je kinderen en kleinkinderen kunt vertellen hoe hard ik tegen de Egyptenaren ben opgetreden en welke wonderen … Lees meer

Exodus 9:13-35 13 De HEER zei tegen Mozes: ‘Wacht de farao morgen in alle vroegte op en zeg tegen hem: “Dit zegt de HEER, de God van de Hebreeën: Laat mijn volk gaan om mij te vereren. 14 Dit keer tref ik uzelf, uw hovelingen en uw volk met mijn zwaarste plaag, dan zult u … Lees meer

Exodus 9:1-12 1 De HEER zei tegen Mozes: ‘Ga naar de farao en zeg tegen hem: “Dit zegt de HEER, de God van de Hebreeën: Laat mijn volk gaan om mij te vereren. 2 Weigert u dat en houdt u hen nog langer vast, 3 dan zal de HEER in alle hevigheid de pest laten … Lees meer

Exodus 8:12-28 12 De HEER zei tegen Mozes: ‘Zeg tegen Aäron dat hij met zijn staf op de grond moet slaan, dan zal in heel Egypte het stof veranderen in muggen  Zo gebeurde het. Aäron sloeg met zijn staf op de grond, en meteen zaten er muggen op mens en dier; in heel Egypte veranderde … Lees meer

Exodus 7:26-8:11 26 De HEER zei tegen Mozes: ‘Ga naar de farao en zeg tegen hem: “Dit zegt de HEER: Laat mijn volk gaan om mij te vereren. 27 Weigert u dat, dan straf ik uw hele rijk met een kikkerplaag. 28 De Nijl zal wemelen van de kikkers; ze zullen uit het water komen … Lees meer

Exodus 7:14-25 14 De HEER zei tegen Mozes: ‘De farao blijft hardnekkig weigeren het volk te laten gaan. 15  Ga morgenochtend naar hem toe, wanneer hij naar de rivier gaat. Wacht hem daar op, aan de oever van de Nijl, met in je hand de staf die in een slang veranderde. 16  Je moet het … Lees meer

Exodus 6:26-7:13 26  Deze Aäron en Mozes waren het aan wie de HEER de opdracht gaf om de Israëlieten, in groepen geordend, uit Egypte te leiden. 27  Deze Mozes en Aäron waren het die de farao, de koning van Egypte, toestemming vroegen om de Israëlieten uit zijn land weg te leiden. 28  Toen de HEER … Lees meer

Prediker 8:10-17 10  Ik heb ook gezien hoe zondaars naar het graf werden gedragen. Op de heilige plaats werden ze in het graf gelegd en ze verlieten onder eerbetoon het leven. Maar de rechtvaardigen werden vergeten in de stad. Ook dat is enkel leegte. 11  Omdat een slechte daad niet snel bestraft wordt, is een … Lees meer

Prediker 8:1-9 1 Wie heeft wijsheid? Wie kent de verklaring van de dingen? De wijsheid straalt de mens van het gezicht en verandert strenge ogen in een milde blik. 2  Ik geef je deze raad: Volg de bevelen van de koning op, zoals je hebt gezworen tegenover God. 3  Onttrek je niet aan zijn gezag, … Lees meer