Psalm 126
1 ¶ Een pelgrimslied. Toen de HEER het lot van Sion keerde, was het of wij droomden, 2 een lach vulde onze mond, onze tong brak uit in gejuich. Toen zeiden alle volken: ‘De HEER heeft voor hen iets groots verricht.’ 3 Ja, de HEER had voor ons iets groots verricht, we waren vol vreugde. 4 ¶ Keer ook nu ons lot, HEER, zoals u water doet weerkeren in de woestijn. 5 Zij die in tranen zaaien, zullen oogsten met gejuich. 6 Wie in tranen op weg gaat, dragend de buidel met zaad, zal thuiskomen met gejuich, dragend de volle schoven. (NBV)
Vandaag is het internationale vrouwendag en vieren de kerken de biddag voor gewas en arbeid, of alles goed mag gaan. En terwijl we in de 40 dagentijd een week op weg zijn zingen we een pelgrimslied. Een lied om onderweg te zingen. En als je met elkaar op weg bent dan zing je geen sombere liederen. Zij die in tranen zaaiden zullen dan ook oogsten met gejuich. Het Paasfeest is een oogstfeest, en het feest van de eerstgeborene van God, die niet dood te krijgen is. De eerstgeborenen werden naar de Tempel gebracht om opgedragen te worden aan de God van Israël. Na Pasen kwamen daar de volgelingen van Jezus bijeen. Deze korte psalm staat vol vrolijke beelden. Het zou een demonstratie lied kunnen zijn. Spandoeken en vlaggen hoog, daar gaat de menigte die opkomt voor de wet van gerechtigheid, van eerlijk delen, van iedereen mee laten doen. De rijken en de machtigen van de wereld staan langs de kant toe te kijken.
Er is iets groots gebeurt, Sion, een andere naam voor de Tempelberg in Jeruzalem, is, van onbeduidend vlek, in het centrum van de wereld komen te liggen. Zo zal het uiteindelijk zijn, de dorre woestijn zal bloeien als een roos, dat mogen we ons toewensen. Er moet natuurlijk wel gewerkt worden. Je weet het, als je op pad gaat met zaad dan kom je uiteindelijk thuis met de schoven van graan. De velden staan wit om te oogsten zei Jezus eens, maar waar zijn de werkers. Dezer dagen wordt om vrijwilligers gevraagd. Mensen die werk willen doen niet om de carrière of het gewin, maar om het werk zelf. Onze koninklijke familie geeft zelfs elk jaar een voorbeeld op de Nederland doe dagen. Dan wordt er een buurtcentrum geschilderd, of maaltijden rondgebracht in een zorgcentrum een speeltuin opgeknapt en noem alles maar op waar ook u aan mee kunt doen. Want vrijwilligerswerk kunnen we allemaal doen. In het buurthuis of wijkcentrum om de hoek, in de basisschool vlakbij, in de kerk, in het asielzoekerscentrum ,in de gevangenis, bij de voedselbank, in het verzorgingshuis.
Maar ook bij de scouting, bij de sportvereniging, achter de telefoon bij de telefonische hulpdienst of de kindertelefoon, in de wereldwinkel of de kringloopwinkel, bij Amnesty International, op ontelbare plaatsen in onze samenleving kun je iets terug doen voor al die aardige mensen die je elke dag tegenkomt. In de Vluchtkerken in Amsterdam en Den Haag waar papierlozen onderdak kregen. Op al die plaatsen kan al vast een klein stukje beginnen van dat bijzondere koninkrijk waar alle ellende voorbij is, waar vrede is en waar iedereen mag meedoen. Waar geoogst wordt met gejuich. Zoek maar een vrijwilligersbaantje dat bij je past, in veel gemeenten zijn vrijwilligerscentrales die je er bij willen helpen. En anders is er dezer dagen de roep om hulp aan Syrië. Daar is een volk uitgebuit en onderdrukt door een wrede militaire dictatuur. Maar nu ook nog getroffen door een alles verwoestende burgeroorlog. Gelukkig zijn ook daar vrijwilligers, van het Rode Kruis en andere organisaties, giro 555 staat weer open voor het bestrijden van honger in Afrika. Wij kunnen die vrijwilligers aan de gang helpen door geld te storten, wij zaaien en zij delen uit van de oogst die het opbrengt.