Korintiërs 7:25-40
25 ¶ Voor de ongehuwden heb ik geen voorschrift van de Heer, dus ik geef mijn eigen mening, als iemand die door de barmhartigheid van de Heer betrouwbaar is.26 Ik meen dat het vanwege de huidige beproevingen voor een mens goed is te blijven wat hij is. 27 Hebt u een vrouw beloofd met haar te trouwen, verbreek die belofte dan niet; bent u niet gebonden aan een vrouw, zoek er dan ook geen. 28 Het is weliswaar niet zo dat u door te trouwen zondigt, en ook wanneer een meisje trouwt zondigt ze niet, maar het huwelijk wordt een zware belasting die ik u graag zou besparen. 29 Wat ik bedoel, broeders en zusters, is dat er maar weinig tijd rest. Laat daarom ieder die een vrouw heeft zo leven dat het hem niet in beslag neemt, 30 ieder die verdriet heeft zo dat hij er niet door wordt beheerst, ieder die vreugde voelt zo dat hij er niet in opgaat, ieder die bezit verwerft alsof het niet zijn eigendom is, 31 ieder die in deze wereld leeft alsof ze voor hem niet meer van belang is. Want de wereld die wij kennen gaat ten onder. 32 Ik zou willen dat u geen zorgen hebt. Een ongetrouwde man draagt zorg voor de zaak van de Heer en wil de Heer behagen. 33 Een getrouwde man draagt zorg voor aardse zaken en wil zijn vrouw behagen, 34 dus zijn aandacht is verdeeld. Een ongetrouwde vrouw en een meisje dat nog niet getrouwd is, dragen zorg voor de zaak van de Heer, en wel zo dat ze God met heel hun lichaam en geest zijn toegewijd. Maar een getrouwde vrouw draagt zorg voor aardse zaken en wil haar man behagen. 35 Ik zeg dit in uw eigen belang, niet om u aan banden te leggen, maar om u tot onberispelijk gedrag en onverminderde toewijding aan de Heer te brengen. 36 ¶ Maar wanneer iemand bang is zich tegenover zijn toekomstige vrouw te misdragen, omdat zijn verlangen naar haar te groot wordt, laat hij dan gevolg geven aan zijn wens met haar te trouwen. Dat dient dan te gebeuren. Het is geen zonde. 37 Iemand echter die uit overtuiging, dus zonder dwang en uit vrije wil, voor zichzelf besloten heeft niet met haar te trouwen, handelt uitstekend. 38 Dus iemand die met haar trouwt handelt goed, maar iemand die niet met haar trouwt handelt beter. 39 ¶ Een vrouw is gebonden aan haar man zolang hij leeft, maar wanneer hij is gestorven, is ze vrij om te trouwen met wie ze wil, mits het een huwelijk is in verbondenheid met de Heer. 40 Maar ze is gelukkiger wanneer ze ongetrouwd blijft. Dat is althans mijn mening, en ik meen dat ook ik de Geest van God bezit.(NBV)
Wat goed is en wat niet goed is wordt in onze dagen uitgemaakt door een voortdurende maatschappelijke discussie. Daarom verandert het ook gedurende de tijd. Er was een tijd dat het roken van tabak aanbevolen werd als bron van rust en vrede. Vooraanstaande geleerden schreven boeken waarin ze aantoonden dat een tevreden roker geen ontruststoker was. Nu weten we dat het roken van tabak, zelfs het inademen van rook van een andere roker, zeer ongezond en schadelijk is. We maken regels waarmee we mensen beschermen tegen het inademen van rook van anderen en heel langzaam verdwijnt het roken uit onze samenleving. Ook alcohol is schadelijk zo is gebleken. Tegenwoordig zijn we in staat om zuiver water te produceren, maar er was een tijd dat het schadelijke alcohol gezonder was dan het vervuilde water waarop men was aangewezen. Voor gelovigen in de Weg van Jezus van Nazareth zal liefde voor mensen het criterium moeten zijn voor wat goed en wat verkeerd is.
In de dagen van Paulus was voor Joden de leer van Mozes de richtlijn. Met een Hebreeuws woord de Halacha, de manier van leven, in het Engels de do’s en de don’ts. Jezus van Nazareth had daarbij de Liefde ingevoerd als middel om conflicten tussen regels en regeltjes en tussen de regels en het dagelijks leven op te lossen. Scheiden moest je eigenlijk maar niet eenzijdig doen omdat je een ander dan veroordeelde tot een leven in bittere armoede. De armen was het best toegestaan om ook op de Sabbath aren te plukken langs de rand van een akker om hun honger te stillen. In het gedeelte dat we vandaag uit de brief van Paulus aan de gemeente in Korinthe lezen zien we hoe Paulus zich bezig houdt met alledaagse vragen die binnen een jonge nieuwe gemeente opkomen. Ook voor Paulus is die Joodse Halacha het uitgangspunt, hij had niet voor niets bij de Farizeeën gestudeerd. Maar zeker voor Paulus is de Liefde voor mensen de regel om conflicten tussen regels en regeltjes, en tussen regels en het leven van alle dag op te lossen.
Paulus geeft dus in dit gedeelte geen nieuwe voorschriften. Hij laat zijn gedachten gaan over de vraag hoe in de Romeinse samenleving van het Griekse Korinthe een gemeente met elkaar zou moeten omgaan. Zijn uitgangspunt was daarbij dat ieder maar moest blijven wat die was. Ongetrouwd blijft ongetrouwd, weduwe blijft weduwe, getrouwd blijft getrouwd, verloofd moet maar gaan trouwen. De tijd die ons rest is maar kort is de boodschap van Paulus. Maar veranderen is geen zonde als er liefde in het spel is. Je moet mensen niet bij voorbaat veroordelen zegt Paulus. Wil iemand echt trouwen, dan moet die dat doen. Zorg voor elkaar en heb elkaar lief. We kunnen nog wat leren van Paulus. Wij maken zo graag regeltjes van fatsoen waar anderen zich aan moeten houden. Die regeltjes van fatsoen zijn hier bij Paulus niet terug te vinden. Paulus vraagt zich voortdurend af hoe de regel van heb uw naaste lief als uzelf uitgelegd moet worden in een gemeente. En daarbij is dus alles toegestaan al is niet alles nuttig. En die regel mogen ook wij wel wat meer toepassen. Misschien moeten we mensen die toch oordelen over een ander er wat vaker op aanspreken. In elk geval mogen we weten dat wie van een ander houdt niet zondigt.