3:7-12 Marcus
7 Jezus week met zijn leerlingen uit naar het meer, en een grote menigte uit Galilea volgde hem. Ook uit Judea 8 en Jeruzalem, uit Idumea en het gebied aan de overkant van de Jordaan en uit de omgeving van Tyrus en Sidon kwamen veel mensen naar hem toe, omdat ze hadden gehoord wat hij allemaal deed. 9 Hij zei tegen zijn leerlingen dat ze een boot voor hem gereed moesten houden, om te voorkomen dat hij door de menigte onder de voet zou worden gelopen. 10 Allerlei zieken verdrongen zich om hem aan te raken, want hij had al veel mensen genezen. 11 Telkens als de onreine geesten hem zagen, vielen ze voor hem neer en schreeuwden: ‘Jij bent de Zoon van God!’ 12 Hij sprak hen bestraffend toe, en verbood hun bekend te maken wie hij was. (NBV)
Iedereen mocht meedoen met het nieuwe Koninkrijk van Jezus van Nazareth. Overal vandaan stroomden de mensen toe, zieken raakten hem aan om genezen te worden, konden zij ook weer meedoen. De toeloop werd zo groot dat Jezus in een boot moest gaan staan om de mensen te kunnen toespreken. Godslasteraars die het kwaad met hem voor hadden maakten het rumoer nog groter dan het al was. Die werden dan ook bestraffend toegesproken. Jezus wilde niet groter dan de mensen zijn, iedereen moest echt kunnen meedoen. Dat is tegenwoordig wel anders. Bij ons groeien partijen die groepen mensen willen uitsluiten van het deelenemen aan de samenleving. Ze zijn bang overheerst en overvleugeld te worden. maar angst is een slechte raadgever. Willen we werkelijk een vreedzame en rechtvaardige samenleving, waar het veilig is en ieder individu zich kan ontplooien dan moeten we er juist alles aan doen om iedereen er bij te laten horen.
Jezus van Nazareth wist dat hij het uiteindelijk ook niet alleen zou kunnen. In zijn verhaal wordt duidelijk dat nooit één persoon een volk kan leiden naar een rechtvaardige samenleving. Er moeten altijd anderen klaarstaan om de taken van de aanvoerder over te nemen. In het verhaal van Jezus van Nazareth werden dat de zendelingen, in het grieks de Apostelen. De twaalf apostelen. Ze zijn een begrip geworden in taal en cultuur. Marcus heeft ze in zijn verhaal opgenomen zoals in het gedeelte van vandaag is beschreven.. De andere schrijvers van evangeliën zijn er wat genuanceerder over. Het getal twaalf heeft een bijzondere betekenis. Als je 12 mensen aanstelt om het goede nieuws te vertellen dan mag je gelijk zeggen dat je het hele volk Israel het goede nieuws hebt vertelt. En daar gaat het om. Daarom krijgen ze ook de kracht om demonen uit te drijven, want de kwade krachten onder de mensen waren volgens het verhaal van Marcus voortdurend bezig Jezus in een kwaad daglicht te stellen.
Dat kwade daglicht is nog steeds een beproefd middel om de publieke opinie te bespelen. We kennen dagbladen die er zich in specialiseren. Eén dagblad heeft een internetsite waar het schelden, het kwade daglicht, niet van de lucht is. Zij hebben zelfs een eigen omroep om het kwade daglicht nog verder te verspreiden en meer winst te maken met die krant. Wij moeten dus ook kijken wie er met modder gooit, het kwaad in de wereld verspreid en dat aan zoveel mogelijk mensen duidelijk maken. Ook wij zijn dan verspreiders van het goede nieuws, het Koninkrijk waaraan iedereen kan mee doen, is echt dichterbij dan je denkt, ook al lijkt het of de angst voor het vreemde ons land gaat regeren, zoals angst demonisch kan worden en mensen tot de meest afschuwelijke daden kan brengen. Vreselijke daden waar onschuldige mensen slachtoffer van worden, waar onschuldige mensen hun leven door verwoest zien, maar ook verwarde daders het slachtoffer van worden, ook zij blijven hun leven lang zitten met de gevolgen van hun angst voor de wereld om hen heen.