Psalm 16
We zingen vandaag mee met een Psalm die de Nieuwe Bijbelvertaling omschrijft als een “stil gebed”. Dat is een nieuwe vertaling van het Hebreeuwse woord Miktam waar we eigenlijk de betekenis niet van kennen. Ook de Naardense Bijbel gebruikt deze vertaling. Vroeger stond hier “kleinood”, of zelfs “Gouden Kleinood” zoals in de Statenvertaling. Het is daarom in elk geval op te vatten als een bescheiden lied. Dat mag ook wel want de dichter van deze Psalm moet erkennen dat hij andere goden heeft gevolgd dan de God van Israel. De dichter erkent zelfs dat bloedoffers zijn gebracht aan die valse goden. Maar er is maar één Heer was de ontdekking van de dichter. En in de wet van die Heer werd een lieflijk land voor de dichter uitgemeten. De vorige vertaling van het Nederlands Bijbelgenootschap sprak nog over de snoeren die voor de dichter in lieflijke dreven waren gevallen. Het is taal die wij niet meer verstaan ook al is het Nederlands. De nieuwe Bijbelvertaling is in elk geval nog wel te begrijpen. Het beeld van het land dat is uitgemeten grijpt terug op Jozua en de verdeling van het land onder de families die met Jozua het land hadden veroverd. Zoals vroeger in het Midden Oosten de gewoonte was werden koorden gebruikt om de juiste lengte van een stuk land te bepalen. De driehoeksmeting die tegenwoordig wordt gebruikt is een uitvinding uit de zeventiende eeuw. Maar met de verwijzing naar de verdeling van het land onder Jozua verwijst de dichter ook naar de instelling van het jubeljaar. Elke vijftig jaar immers zou zijn familie op dat lieflijk land weer opnieuw kunnen beginnen. Dat is een veiligheid dat je rustig kan doen slapen. Je zult immers uiteindelijk nooit van de honger hoeven sterven. Hoe groot je rampspoed ook zal worden je hebt de zekerheid dat na verloop van tijd alles opnieuw zal kunnen beginnen. Dat kan geen vruchtbaarheidsgod je beloven. Je kunt nog zoveel bloedoffers brengen, al offer je je eerstgeboren kind, het zal niet helpen. Pas die Wet van eerlijk delen, van je naaste liefhebben als jezelf, zal je beschermen in het leven. Soms moet je door diepe dalen heen om dat te ontdekken, soms zijn het anderen die voor jou in de bres springen die het je doen inzien, maar je mag weten dat de Heer van die Wet je beschut en beschermd, dat het houden van die Wet alleen tot veiligheid leidt. Voor mensen die nog de Statenvertaling lezen of de vertaling van het Nederlands Bijbelgenootschap uit 1951 zal opvallen dat in het tiende vers van deze Psalm in de Nieuwe Bijbelvertaling het begrip “ziel” is verdwenen. Dat begrip stond niet in de grondtekst en tegenwoordig gaan we er van uit dat de hele persoon veilig is als er gedeeld wordt, honger voel je nu eenmaal niet alleen in je ziel. Laat dat duidelijk zijn als je wil delen dezer dagen.