Psalm 119:25-32
Bijna 4000 bladzijden hebben we inmiddels geschreven in ons avontuur met de Nieuwe Bijbelvertaling op basis van het leesrooster van het Nederlands Bijbelgenootschap. Op Hemelvaartsdag 2005 zijn we er mee begonnen. De vraag die we ons aan het begin stelden was of het waar was dat de Bijbel ging over de manier waarop mensen en volken van elkaar konden houden, vrede konden bewaren en de armen bevrijden van de plaag van de armoede. Nu, na bijna 4000 stukjes uit de Bijbel verder, kunnen we vaststellen dat het daar dag in dag uit over gaat. Het gebod je naaste lief te hebben als je zelf, omdat het vervullen van dat gebod nu eenmaal God liefhebben is, staat op bijna elke regel van de Bijbel. Ook vandaag in deze 8 verzen uit Psalm 119 gaat het daar weer over. Natuurlijk, er is namaak, als het gaat over het begrijpen van de Bijbel. Er zijn zelfs zogenaame predikers of priesters, evangelisten ook soms, die beweren dat de boodschap van de Bijbel niets te maken heeft met de bevrijding van de armen.
Of die beweren dat die bevrijding na hun dood pas komt en dat ze zich in dit leven moeten neerleggen bij het juk van armoede. Of zelfs dat de armoede waar ze onder lijden een straf van God is voor hun zonde. Godslasterlijke namaak is het, bedriegelijke wegen zijn het waar je je ver van moet houden. Het Evangelie, de blijde boodschap waar Jezus van Nazareth ons mee op pad stuurde is juist de bevrijding van de armen. Nergens spreekt de Bijbel er over dat de bevrijding pas na de dood van mensen komt, nee de Bijbel kiest voor het leven en die bevrijding is in dit leven mogelijk. Het is dan ook niet de zonde van de armen die ze gevangen houdt, het is de zonde van de rijken die niet willen delen, die akker aan akker voegen en de weduwen en wees ook dat afpakken wat hen nog rest, die zonde is het die de armen arm houdt en waarvan ze bevrijdt moeten worden. Je kunt verdrietig worden zoals de psalmdichter zegt van zoveel onbegrip.
De weg van de bevrijding van de armen is een betrouwbare weg. Mensen van de Weg noemden de eerste Christenen zich. Zij kozen de Weg van Jezus van Nazareth. Niet met geweld maar met liefde zou de hele wereld veroverd moeten worden. Onvoorwaardelijke liefde voor de minsten, als het moest zelfs voor de vijanden, zou elke macht op aarde uiteindelijk overwinnen. Er is uiteindelijk maar één Heer, onze God, en die doet elke heerser en machthebber verbleken. Niemand hoef je te gehoorzamen dan die Ene, en zijn bevel is de naaste lief te hebben als jezelf. Elk ogenblik mag je daar weer opnieuw mee beginnen. Duizend keer op een dag desnoods. Genade noemen Christenen dat graag, omdat het verhaal altijd door gaat, dus gaan we nog even door met hier er over te schrijven. Want die Weg mogen we elke dag opnieuw gaan, ook vandaag weer.