Openbaring 7:1-17
Johannes heeft aan de slachtoffers van het geweld, geweld door de Romeinen en geweld door de opstandelingen, duidelijk gemaakt dat ze nog wat geduld moeten hebben voordat eindelijk het Rijk van vrede zal aanbreken. Er zullen nog stormen over de aarde trekken die veel slachtoffers zullen maken, stormen van geweld door oorlog en opstand en stormen door natuurrampen. Maar wat dan met de mensen die het geweld van de opstand waren ontvlucht? Lang niet iedereen had aan de opstand meegedaan, juist de Christenen hadden de gewelddadige opstand veroordeeld. In Palestina hadden ze zich over het platteland verspreid en gemeenschappen gevormd waar in vrede geleefd kon worden, ook met de Romeinse bezetters.
Johannes ziet in dat ook zij blijven horen bij het volk dat het komende rijk zal erven. Zij hadden als het ware door hun gedrag een lam geslacht en het bloed op de deurposten gesmeerd waardoor zij net als de slaven ooit in Egypte gevrijwaard waren gebleven van de dood. Zij hadden de kruisdood van Jezus van Nazareth op haar juiste waarde geschat, opstand met geweld tegen de Romeinen zou alleen maar dood en ellende voortbrengen. In het leven in liefde en vrede zou Jezus van Nazareth pas voortleven en dat leven moeten alle volgelingen leven. Een geweldige menigte uit Israƫl hoort er dus bij. Uit elke stam een compleet volk, twaalfduizend, uit het hele volk, dus een hele wereld, honderdvierenveertigdhuizend. Wij zijn gewend om alles te tellen, van 1 tot oneindig, onze wiskunde kent er symbolen voor. Johannes was niet van de sekte van de tellers, hij kende de cijfers uit de Hebreeuwse Bijbel en daar zijn cijfers ook woorden en begrippen en niet alleen hoeveelheden.
Wat er dus ook zal gebeuren na de verwoesting van de Tempel, het verhaal is nog steeds bezig met de opening van het testament, de nalatenschap van het Joodse geloof, de aanhangers van vrede en verdraagzaamheid horen bij de erfgenamen. Dat is natuurlijk ook vandaag de dag nog steeds het geval. Samenwerking in Europa brengt ons al heel lang vrede op ons continent. We moeten die samenwerking dus niet op het spel zetten. Het produceren van wapens en de handel daarin maken het voeren van oorlogen en gewapende opstanden nog steeds mogelijk. We zullen samen dus nog wat harder moeten nadenken over het gemak waarmee we toestaan dat mensen geld en veel geld verdienen aan het ontwikkelen en produceren van wapens en aan de handel daarin. Vrede begint achter onze voordeur maar samen zijn we verantwoordelijk voor het bevorderen van vrede in de hele bewoonde wereld, tot aan de vier hoeken van de aarde. Elke dag mogen we daar aan werken, ook vandaag weer.