Alleen de liefde bouwt op.

1 Korintiërs 8:1-13

Er zijn door die jonge gemeenten die door Paulus waren gesticht allerlei vragen gesteld waar wij tegenwoordig bijna geen weet meer van hebben. Het kost daarom enige moeite om te begrijpen wat nu eigenlijk de betekenis is van het onderwerp dat Paulus aansnijdt. Zegt Paulus hier nu dat we vegetariërs moeten worden of zegt hij dat we nu juist geen vegetariërs moeten worden, of, en daar lijkt het nog het meeste op, zegt hij dat we het zelf maar moeten uitzoeken? Om het te begrijpen moeten we eerst iets weten over vlees eten, dat is het onderwerp dat Paulus in dit gedeelte behandeld. Vlees was en is duur voedsel. Armen komen in veel samenlevingen niet toe aan het eten van vlees, dat blijft gereserveerd voor de rijken en, voor wat de armen betreft, voor de feestdagen en bijzondere gelegenheden. De Amerikaanse zanger Tom Paxton maakte begin jaren 80 zelfs een lied dat zong van “you can eat cat food” je kan kattenvoer eten, om te laten horen en voelen hoe het eten van de armen “normale” produkten ontbeerd. Wij hebben voedselbanken nodig om er in te voorzien.

In de Romeinse samenleving waren de bijzondere en feestdagen waarop vlees gegeten kon worden door de armen de dagen die gewijd waren aan goden en keizers. Ter ere van de god of van de goddelijk gemaakte keizer at je thuis of in de tempel een overvloedige maaltijd, met vlees dus. Alleen de rijken konden het zich permiteren om daarbuiten ook vlees te kopen. Dat was vaak vlees afkomstig uit Tempels. Dat was daar niet nodig voor de Priesters en werd door die Priesters dan te koop aangeboden. Sommigen aten dat dan speciaal om in de gunst te komen bij de god waaraan dat vlees was geofferd. Vlees en heidense goden hadden dus in de belevenis van mensen veel met elkaar te maken. Paulus zegt om te beginnen dat je dat vlees gerust kunt eten. Die goden, krachten en machten die met dat vlees in verband werden gebracht bestaan al helemaal niet, er is immers maar één God, de God van Israël en die zit niet op jouw offers te wachten maar wil juist dat je deelt van je bezit. Maar alleen maar wijzen op de vrijheid van een mens is te kort door de bocht.

Je kunt met je gedrag anderen laten zien wat er goed en wat er fout zit in de samenleving. Zo waren er mensen die geen benzine meer gingen tanken bij Shell omdat die investeerde in de Apartheid van Zuid-Afrika. Mensen haalden hun geld weg bij ABN-AMRO omdat die hetzelfde deed. Tegenwoordig zijn er mensen die hun geld stallen bij Triodos of ASN bank omdat die beter met milieu, armoede en arbeidsverhoudingen omgaan. Zo pleit Paulus er voor geen offervlees te eten als je dat kunt doen als teken dat je die afgoden en vreemde krachten en machten geen plaats geeft in je leven. Er zijn tegenwoordig mensen die geen vlees meer eten omdat het vlees afkomstig is uit de bioindustrie die onvriendelijk is voor dieren en voor mensen. Het gaat er ook hierbij om dat alleen de liefde opbouwt zegt Paulus. Als we ons bewust zijn dat ons gedrag onrecht en onderdrukking in stand houdt dan moeten we met dat gedrag ophouden. Of het nu eten en drinken is, of het kopen van kleding die door slaven is gemaakt, of wat dan ook. We veranderen de samenleving als we het goede zoeken te doen en niet dan het goede. Ook in ons eigen dagelijks handelen, ook vandaag weer.

 

Plaats een reactie