Hij is geen God van doden

 Matteüs 22:23-40
 
Religie wordt vaak verbonden met het leven na de dood. Of we geloven willen in een leven na de dood is dan de vraag. Een vraag die ook aan Jezus van Nazareth wordt gesteld. Door gelovigen in God, maar die niet geloven in een leven na de dood. Die Saducceeën verwierpen de gedachte dat er een leven na de dood zou zijn, de Farizeeën geloofden wel in de opstanding van de doden.  Jezus van Nazareth geeft ze in zoverre gelijk dat we bij het geloof in God niet het leven na de dood maar het leven voor de dood moeten beschouwen. Ooit zal God een woning op aarde maken maar dat gebeurt pas als iedereen op de hele wereld geleerd heeft de Wet van de woestijn te volgen, als alle volken zich naar Jeruzalem keren heet het ergens anders in de Bijbel.

Wanneer dat gebeurt is duister, het komt als een dief in de nacht staat er weer ergens anders en we weten het niet. Het is ook niet belangrijk. Het is overigens wel belangrijk voor fundamentalisten en andere zogenaamde gelovigen met name in Amerika. Daar zijn veel mensen bezig met de Bijbel op schoot en een rekenmachine om uit te rekenen wanneer de wereld zal vergaan en God zich op de aarde zal vestigen. In de Bijbel wordt wel gesproken over aardbevingen, overstromingen en oorlogen als tekenen van het einde der wereld maar die zijn er eigenlijk altijd wel en ook altijd al wel geweest. In onze tijd weten we er meer van omdat we ze bijna rechstreeks op de televisie kunnen meemaken.

 Het duurt jaren voor je er als gemeenschap weer bovenop bent. En die verre ellende moet ook de aandacht voor de ellende dichtbij niet doen verslappen. Er worden nog steeds kinderen in gevangenissen gestopt omdat hun ouders niet terug kunnen keren naar het land waar ze vandaan komen. Ook de voedselbanken blijven het druk hebben in ons land. De media staan vol met nieuws over een kredietcrisis en dalende beurzen maar niemand schenkt nog aandacht aan de voedselcrisis en de stijgende voedselprijzen. Het verbruik van biobrandstof wordt beperkt omdat je sommige grondstoffen voor die brandstof beter kunt opeten maar we hebben ook nog een klimaatcrisis.

Eigenlijk is dus de eerste vraag bij de hervorming van het financiële stelsel hoe we eerlijk kunnen delen met de armsten in de wereld. Anders lopen we de kans miljoenen tot een dood te veroordelen. Uiteindelijk is het belangrijkste gebod de samenvatting van al die geboden. Die samenvatting is is heel eenvoudig dat je God lief moet hebben als jezelf en dat het niet een vaag abstract gegeven is maar dat liefhebben van God komt tot uiting in het liefhebben van je naaste als van jezelf. Wij zijn overigens gewend om wetten en geboden als maatlatjes te zien waarlangs je het gedrag van mensen kunt meten, daar hebben we onafhankelijke rechters voor ingehuurd. Maar de Wetten van de God van Israël zijn geen maatlatjes maar richtingwijzers, die kant moet je op gaan, moet je ook opkijken. En de belangrijkste kijkrichting is niet omhoog naar een verre God, maar om je heen naar de minsten in de samenleving waar God wacht tot hij jou tegenkomt om te helpen.

Plaats een reactie