Spreuken 26:17-28
Wat gebeurt er als je aan de oren van een hond trekt die rustig voorbij loopt. Die wordt wild en misschien zelfs wel vals. Je moet dan niet zeggen dat het een van nature valse hond is want jouw gedrag heeft het gedrag van die hond opgeroepen. Daar gaat een groot gedeelte van het Bijbelgedeelte van vandaag over. Wat zijn de gevolgen van je gedrag. In de eerste plaats voor jezelf en vervolgens ook wat zijn die gevolgen voor een ander. De Bijbel heeft het bijna altijd over de verhoudingen tussen mensen. Soms noemen we dat de verhouding tussen mensen en God, maar als het daarover gaat dan lezen we verhalen over hoe mensen om gaan met liefde. Ook in dit hoofdstuk moet je de liefde zoeken, dan snap je veel sneller waarom sommig gedrag verkeerd afloopt en soms gedrag juist bijdraagt tot het goede. Iemand bedriegen voor de grap is dus hetzelfde als iemand echt bedriegen. Jij kan bedriegen en je vriend is voortaan een bedrogene. Zo is het ook met lasteraars. Mensen die het goede met hun naaste voorhebben worden kwaad als een ander gelasterd wordt in hun bijzijn. Dat ligt niet aan hun zegt de Spreuken schrijver maar dat ligt aan de lasteraars, als die weg is is ook de ruzie weg. We spreken zo gemakkelijk ook van de hitte van de strijd, de woordenstrijd, in het debat worden zaken scherp gezegd, zo scherp dat ze pijn doen. De Bijbel veroordeelt, waarschuwt op z’n minst tegen, een dergelijke manier van met elkaar spreken. Je kunt immers ook met warmte spreken, zo spreken over onderwerpen dat mensen er plezier aan beleven, er warm van worden. Dat wil niet zeggen dat de waarheid verborgen of verzwegen moet worden, dat wil zeggen dat je uit bent op het goede, ook het goede in de ander wil ontdekken. Als het vuur in het debat oplaait loop je de kans met ruziemakers te maken te hebben, daar kun je je aan branden. De vergelijking tussen kolen die gloeien en warmte afgeven en hout dat vlamt en waar je je aan kunt branden laat niets aan duidelijkheid te wensen over. Maar lasteraars zijn populair. Ook in onze dagen verbergen lasteraars zich gemakkelijk achter de vrijheid van meningsuiting. Zonder enkel bewijs verspreiden ze hun lasterlijke praatjes onder het motto dat ze op zoek zijn naar de waarheid. Let daarbij op feiten en niet op fraaie zinnen of mooi gevonden uitdrukkingen. Een pot waarin je je kan spiegelen en die er kostbaar uitziet kan door het gebruik van zilverglazuur toch niet meer blijken te zijn dan een aarden pot, even waardevol als elke andere aarden pot. De mooipraters zijn juist mooipraters omdat ze kwaad willen. Ze spelen in op onbewuste angsten, de angst voor wat het vreemde en onbekende zou kunnen brengen, de angst voor onbekende bedreigingen. De kwaadaardigheid komt dan wel aan het licht, het opzetten van de ene bevolkingsgroep tegen de andere levert alleen geweld en onrust in de samenleving op, maar hun gelijk ontlenen ze aan wat ze zelf oproepen. Laten we hopen dat het met kwaadsprekers afloopt zoals hier beschreven, de steen die ze op iemand denken af te rollen verpletterd henzelf. Let dus op, wie kwaadspreekt haat zijn slachtoffers. Ook vandaag de dag. Laten we bidden dat de ogen en de oren van hen die ze volgen op tijd worden geopend en schroom niet over de werkelijkheid te blijven spreken.