De arbeider is zijn brood waard.

Matteüs 9:35–10:10

35 Jezus trok rond langs alle steden en dorpen, Hij gaf de mensen onderricht in hun synagogen, verkondigde het goede nieuws over het koninkrijk en genas iedere ziekte en elke kwaal. 36 Toen Hij de mensenmenigte zag, voelde Hij medelijden met hen, omdat ze uitgeput en hulpeloos waren, als schapen zonder herder. 37 Hij zei tegen zijn leerlingen: ‘De oogst is groot, maar er zijn weinig arbeiders. 38 Vraag dus de eigenaar van de oogst of Hij arbeiders wil sturen om de oogst binnen te halen.’ 1 Daarop riep Hij zijn twaalf leerlingen bij zich en Hij gaf hun de macht om onreine geesten uit te drijven en iedere ziekte en elke kwaal te genezen. 2 Dit zijn de namen van de twaalf apostelen: als eerste Simon, die Petrus genoemd wordt, en zijn broer Andreas, Jakobus, de zoon van Zebedeüs, en zijn broer Johannes, 3 Filippus en Bartolomeüs, Tomas en de tollenaar Matteüs, Jakobus, de zoon van Alfeüs, en Taddeüs, 4 Simon Kananeüs en ten slotte Judas Iskariot, die Hem zou uitleveren. 5 Dit waren de twaalf die Jezus uitzond, en Hij gaf hun de volgende instructies: ‘Neem niet de weg naar de heidenen en ga geen Samaritaanse stad binnen. 6 Ga liever op zoek naar de verloren schapen van het volk van Israël 7 en verkondig hun dat het koninkrijk van de hemel nabij is. 8 Genees zieken en wek doden op, reinig mensen die door een huidziekte onrein zijn, en drijf demonen uit. Om niet hebben jullie ontvangen, om niet moeten jullie geven! 9 Neem geen geld aan, geen gouden, zilveren of koperen munten voor in je gordel, 10 vraag geen reistas mee voor onderweg, geen extra kleren, geen sandalen en geen stok, want de arbeider is zijn brood waard. (NBV21)

Geen wonder dat Jezus van Nazareth handen te kort komt als je iedereen van elke ziekte en elke kwaal weet te genezen. Maar staat dat er eigenlijk wel? Het Griekse woord dat hier met ziekte wordt vertaald kan ook worden vertaald als kwelling en het woord dat met kwaal wordt vertaald kan ook worden vertaald als zwakte. En dan staat er iets anders dan een beschrijving van het werk van de gemiddelde dokter. Dan staat er dat Jezus van Nazareth de mensen weer moed en kracht gaf, zoals schapen weer kracht kunnen krijgen als ze goed en vers gras te eten krijgen. Maar daar is een herder voor nodig die ze naar grazige weiden brengt. Het ene beeld heeft verband met het andere. Maar sterke zieken die verzekeringen en overheden kunnen aanspreken op de zorg waar ze recht op hebben zijn heel wat lastiger dan zwakke en zielige figuren die maar moeten bidden met gevouwen handen en gesloten ogen of ze misschien beter mogen worden. Om de massa sterker en weerbaarder te maken is kader nodig, zijn mensen nodig die het goede voorbeeld geven en zelf ook de mensen helpen sterker en weerbaarder te worden.

 Zo koos Jezus van Nazareth 12 mensen die hij er op uit kon zenden om al die mensen die opnieuw wilden beginnen, die geloofden beter te kunnen worden, ook daadwerkelijk te helpen weerbaarder en sterker te worden. Mattheüs geeft een hele rij namen en bij een paar discussiëren de geleerden nog wie nou wie is. Je vindt de rij ook bij Lukas die de mannen zendelingen of Apostelen noemt omdat ze er op uit worden gestuurd. Eén ervan is Simon bijgenaamd Kananeüs. Die bijnaam onderscheidt hem van Simon Petrus waar we waarschijnlijk meer van gehoord hebben. Dat Kananeüs staat in de Nieuwe Bijbelvertaling. Het stond ook al in de Statenvertaling uit 1619 op deze manier vertaald. In de Bijbelvertaling van 1951, die de laatste 50 jaar bijna overal is gebruikt staat nog Simon de Zeloot. Je moet dus nooit de Bijbel letterlijk nemen, want je moet altijd vragen naar welke Bijbel, of beter naar welke vertaling uit welke grondtekst je moet luisteren. Het gaat om de betekenis.  Die bijnaam Kananeüs gaat terug op een woord dat in het Bijbelboek Exodus wordt gebruikt voor IJveraar. En dat was ook de bijnaam voor de beweging van de Zeloten die in de tijd van Jezus verzet pleegden tegen de Romeinse bezetting. Ze gingen gewelddadig verzet niet uit de weg.

Deze Simon, zo wordt aangenomen, had zich na verloop van tijd bij Jezus aangesloten, maar hij bleef “de IJveraar”. De reuk van terrorisme bleef hem volgen. De 12 zendelingen die Jezus er op uit stuurt krijgen heel nauwkeurige instructies mee. Jezus zelf was net weggestuurd uit het 10 stedenland, omdat hij de gekkigheid van een paar bewoners aan varkens had verbonden die zich vervolgens van de rotsen hadden gestort, dus naar het buitenland mogen ze voorlopig niet gaan. Het blijft bij de mensen van hun eigen volk want die kunnen snappen waar het om gaat. Een koninkrijk waar de Thora, de richtlijn voor de menselijke samenleving, heerst, de regel van je naaste liefhebben als jezelf. Daarom mogen ze ook niks verdienen aan het brengen van de boodschap, aan het genezen van ziekten en het laten ophouden van allerlei gekkigheid. Zeker niet aan het wegnemen van kwellingen en aan het weerbaar maken van het volk, zoals je het “genezen van alle ziekten en kwalen” eigenlijk ook zou kunnen vertalen.

Plaats een reactie