Jakobus 3:13-18
13 Wie van u kan wijs en verstandig genoemd worden? Laat hij het daadwerkelijk bewijzen door een onberispelijk leven en door wijze zachtmoedigheid. 14 Maar als u zich laat beheersen door bittere jaloezie of egoïsme, kunt u beter niet zo hoog van de toren blazen; u zou de waarheid geweld aandoen. 15 Dat soort wijsheid komt niet van boven; ze is aards, ongeestelijk, demonisch. 16 Waar jaloezie en egoïsme heersen, vieren wanorde en allerlei kwaad hoogtij. 17 De wijsheid van boven daarentegen is vóór alles zuiver, en verder vredelievend, mild en meegaand; ze is vol ontferming en brengt niets dan goede vruchten voort, ze is onpartijdig en oprecht. 18 Waar in vrede wordt gezaaid, brengt gerechtigheid haar vruchten voort voor hen die vrede stichten. (NBV21)
Nieuwe en succesvolle bewegingen trekken snel mensen aan die zelf graag op de voorgrond treden en die mee willen profiteren van het succes. Dat was in de dagen van Jacobus zo, toen de jonge Christengemeenten een snelle groei doormaakten, dat is vandaag de dag niet anders. Toch zoeken de meeste mensen naar wijze en verstandige bestuurders, van kerk zowel als van maatschappij. Mensen die het alleen om hun eigen eer te doen is, dus ook snel jaloers zijn als anderen wel naar voren schuiven, die moet je meestal niet hebben. Maar hoe herken je die. Ook dat is een vraag die vandaag de dag niet anders is dan in de dagen van Jacobus. De briefschrijver uit de Bijbel heeft daar een bijzonder antwoord op: zachtmoedigheid.
Dat onberispelijk leven willen we wel geloven. Kopstoten uitdelen, horkerig gedrag, door brievenbussen pissen en hardrijdend een politiecontrole ontwijken zijn geen bewijzen van een onberispelijk leven en maken je niet geschikt voor een positie in een bestuur van land, provincie of gemeente. Maar zachtmoedigheid, je niet snel kwaad laten maken, de vrede zoeken, mensen bij elkaar weten te houden, mensen oproepen en inspireren om het goede te gaan doen, ook al zijn het je tegenstanders. Dat is iets dat in onze dagen niet snel geaccepteerd wordt. Dat zijn toch de theedrinkers die niets ten kwade van een ander willen zeggen?
Dat zijn mensen bij wie het er niet in wil dat een godsdienst die een kwart van het inkomen aan de armen wil besteden een bedreiging zou vormen waartegen je je moet wapenen. Dat verzet tegen zachtmoedigheid en een onberispelijk leven komt niet van boven zegt Jacobus. Dat is aards, ongeestelijk, demonisch. En met ongeestelijk wordt bedoeld dat het niet in de geest van Jezus van Nazareth is. Waar jaloezie en egoïsme heersten vieren wanorde en allerlei kwaad hoogtij. Het is een zin uit de Bijbel die we zo in onze samenleving kunnen plaatsen. Een tegeltjes wijsheid die bij tal van organisaties en besturen boven de voorzitterstafel gehangen kan worden. Daar is sinds de dagen van Jacobus nog helemaal niks aan veranderd.