2 Koningen 4:1-7
1 Op een keer riep de vrouw van een van de profeten Elisa’s hulp in: ‘Mijn man, uw dienaar, die zoals u weet altijd groot ontzag had voor de HEER, is gestorven. Nu zal mijn schuldeiser komen en mijn twee kinderen als slaven meenemen.’ 2 ‘Wat kan ik voor u doen?’ vroeg Elisa. ‘Vertel me eens, wat hebt u nog in huis?’ ‘Alleen een kruikje olie, heer,’ antwoordde ze, ‘verder niets.’ 3 Toen zei Elisa: ‘Ga bij uw buren kruiken en kannen te leen vragen, lege, zo veel als u er krijgen kunt. 4 Als u weer thuiskomt, doe dan de deur achter u en uw kinderen dicht en giet uw olie in die kruiken en kannen over; telkens als er een vol is, neemt u een volgende.’ 5 Thuisgekomen sloot de vrouw de deur achter zich. Terwijl haar kinderen haar de kruiken en kannen een voor een aangaven, goot ze de olie over. 6 Gaandeweg raakten ze allemaal vol. ‘Geef de volgende eens aan,’ zei ze tegen haar zoon. Maar die antwoordde: ‘Er zijn er niet meer.’ Toen hield de olie op te vloeien. 7 De weduwe ging terug naar de godsman en vertelde hem wat er gebeurd was. ‘Die olie moet u verkopen om uw schuld af te betalen,’ zei hij. ‘En van wat er overblijft kunnen u en uw kinderen leven.’ (NBV21)
Het ergste wat een weduwe kan overkomen is het moeten verkopen van haar kinderen. De weduwe uit het verhaal van vandaag schreeuwt het daarom uit tegen Elisa. Haar man was een volgeling van Elisa geweest en had dus de mond vol gehad van het rechtdoen aan de weduwe en de wees. Voorbeelden van het heb Uw naaste Lief als Uzelf die graag door de profeten worden gebruikt. En denk nu niet dat het verkopen van kinderen om schulden af te betalen tegenwoordig niet meer voorkomt. Bij tal van schandalen in de adoptie industrie of de seksindustrie komen deze praktijken weer naar boven. Juist daarom wordt in de Bijbel zo sterk de nadruk gelegd op het beschermen van de weduwe en de wees. En ook vandaag kunnen we ons die waarschuwing ter harte nemen. Daarbij gaat het niet alleen over het verbieden van die verkoop van de kinderen.
In de tijd van Elisa konden kinderen een tijdje slaaf worden bij een schuldeiser. Langer dan zeven jaar zou dat niet moeten duren. Daar was duidelijke wetgeving voor, maar ja de rijken houden zich lang niet altijd aan dat soort wetten. Elisa neemt een andere weg om de weduwe te helpen. Een weg die we tegenwoordig kennen onder de naam microkrediet en die we met de dalende koopkracht vanwege de economische crisis zelfs in ons land in ons achterhoofd moeten houden. Want we denken zo vaak dat mensen die in problemen zijn gekomen niks meer in huis hebben. Ze krijgen het imago zwak te zijn en tot weinig in staat. Een zeer onrechtvaardig imago want mensen die door de crisis schulden krijgen hebben die schulden niet aan zichzelf te wijten. Integendeel ze hadden of hebben een baan waarin ze kennelijk tot grote tevredenheid hebben gewerkt. Het zijn mensen die dus wel degelijk wat in hun mars hebben en die ook zeer gewaardeerd mogen worden. Verstandige werkgevers zorgen dat ze op tijd hulp inschakelen voor hun personeel zodat de band nog sterker wordt.
Maar Elisa wijst nog een weg. Die van de beginnende handel. Een kruikje olie is genoeg, als je daarmee de kruikjes van de buren vult heb je ineens niet alleen genoeg voor jezelf maar ook het begin van een handeltje. En daar die buren allemaal wel wat achterlaten moet dat lukken. Een microkrediet is vaak genoeg om een eerste start voor een nieuw bedrijf mogelijk te maken. Als buren, familie en vrienden bereid zijn allemaal wat te delen van wat zij nog in huis hebben dan wordt dat bedrijf ook mogelijk. Banken, gemeenten en vakbonden kunnen gevraagd worden om die microkredieten in te zetten als wapen tegen het verlies van koopkracht. Ook al voelen we ons onmachtig een zo groot probleem aan te pakken, we hebben van meer in huis dan we dachten. Kinderen verkopen hoeft in onze samenleving niet, dat is iets wat we in echt arme landen mogen bestrijden. Wij kunnen het ons permitteren te vragen waar die goedkope spullen in de winkels vandaan komen en producten die gemaakt worden met kinderarbeid weigeren. Maar wij kunnen ook letten op mensen die iets in huis hebben, hier en in arme landen, en hen de kans geven een handeltje te beginnen, Fair Trade noemen we dat zo tegen het einde van November. Dat is pas echte hulp, dat vraagt echt delen, daarmee kunnen we vandaag beginnen.