Dorens en distels

Jesaja 27:2-13

2 Op die dag zal men de prachtige wijngaard bezingen. 3 Ik, de HEER, houd de wacht over mijn wijngaard, steeds opnieuw bevloei ik hem. Dag en nacht zal ik de wacht houden, zodat niemand hem kan schaden; 4 ik koester mijn woede niet. Maar zou ik dorens en distels dulden? Strijdbaar ga ik erop af, al dat onkruid steek ik in brand-5 tenzij men mijn bescherming zoekt en vrede met mij sluit, ja, vrede sluit met mij. 6 De tijd zal komen dat Jakob zal wortelen, dat Israël zal uitbotten en bloeien. 7 Heeft de HEER Israël geslagen zoals hij hen slaat die Israël sloegen? Of heeft hij het gedood zoals hij doodt wie Israël doodden? 8 Door hen uiteen te jagen en te verstrooien heeft hij een rechtsgeding tegen hen gevoerd, met een verschroeiende wind uit het oosten heeft hij hen verdreven. 9 Hij verbrijzelt alle altaarstenen alsof het kalksteen is, elk wierookaltaar wordt omvergehaald, elke Asjerapaal wordt omgehakt. Zo wordt afgerekend met Jakobs wandaden, zo wordt zijn schuld vereffend. 10 Daar ligt de versterkte stad, eenzaam, ontvolkt, verlaten als de woestijn. Kalveren weiden en rusten er, ze vreten de takken kaal; 11 vrouwen breken de verdorde twijgen af en gebruiken ze voor hun vuur. Omdat dit volk ieder inzicht mist, kent zijn maker geen ontferming, toont zijn schepper geen genade. 12 Op die dag zal de HEER de aren dorsen van de Eufraat tot aan de wadi die de grens met Egypte vormt. Dan zullen jullie, kinderen van Israël, als aren gelezen worden, Eén voor één. 13 Op die dag wordt op de grote ramshoorn geblazen. Zij die verbannen waren naar Assyrië of verdreven naar Egypte, zullen terugkeren en zich neerbuigen voor de HEER, op de heilige berg in Jeruzalem.(NBV)

Jesaja had het over het dode volk waar geen leven meer in zat en dat in ballingschap zou worden afgevoerd. En zoals veel mensen in zo’n situatie doen had ook Jesaja gezocht naar de zin van het lijden van zijn volk. Dat ze ongehoorzaam waren geweest aan de Liefde als grondslag van de samenleving, aan de richtlijn van onvoorwaardelijk delen met elkaar, was wel duidelijk. Maar het goddeloze volk dat hen had overwonnen wilde ook niet delen, dat wilde alleen vernietigen, heersen en de armen uitbuiten. Wat was dan de zin van dit alles? Jesaja kan er alleen een zin voor zichzelf en voor de overlevenden in zien. Nu kregen de overlevenden immers de kans om weer de Liefde de grondslag van hun handelen te maken. Zoals in een wijngaard het onkruid werd uitgerukt om de wijnranken de kans te geven te groeien en meer vruchten te geven zo krijgen overlevenden en nabestaanden de kans om goedheid en liefde te verspreiden. Het volk Israel zou opnieuw tot leven gewekt worden en bloeien. Zo zag Jesaja het.

Taal is soms moeilijk. Als we het over een tafel hebben dan denkt iedereen aan een bepaalde tafel, maar elk voor zich denken we aan een verschillende tafel. Als het over Israël gaat gebeurd vaak het omgekeerde. Dan denken we aan de staat Israël die in 1948 werd uitgeroepen na een bloedige opstand tegen de Engelse overheersers van het gebied Palestina. Die staat Israël valt op geen enkele manier samen met het Israël waarover het in de Bijbel gaat. Dat Bijbelse Israël zouden we tegenwoordig een concept noemen. Het verhaal over Israël is dan dat God een groep slaven had bevrijdt uit hun slavernij, richtlijnen had gegeven om een menselijke samenleving op te bouwen en een land waarop dat mogelijk zou zijn. Als dat volk er in zou slagen om volgens die richtlijnen hun staat in te richten en dat vol te houden zouden alle volken van de wereld hetzelfde willen gaan doen.

Dat volk Israël slaagde er zo op het eerste gezicht niet in en zou dan gestraft worden door die God die hen had bevrijdt. Maar ook dat straffen heeft in de Bijbel een andere inhoud gekregen dan wij er gewoon zijn aan toe te kennen. Dat straffen is alleen het handen af van Israël. En als God de handen er van af trekt dan loopt het slecht af. In de Bijbel gaat het over vele volken, vele soorten samenleving. Kenmerk van die volken, kenmerk van die samenlevingen is dat ze verdwijnen. Altijd breekt er op den duur een oorlog uit tussen de volken, altijd voelt het ene volk zich beter dan het andere, altijd probeert het ene volk macht uit te oefenen over het andere. De richtlijnen die God had gegeven zouden Israël hebben kunnen beschermen. Daar zijn ook voorbeelden van in de Bijbel. Als je omgaat met anderen vanuit de liefde, ze lief hebt als je zelf, dan druipen de machtigste tegenstanders af. Als je hetzelfde wil doen dan verlies je, er is altijd iemand sterker maar er is niemand sterker dan de liefde.

Plaats een reactie