U bent sterk

1 Johannes 2:12-17 12 Kinderen, ik schrijf u dat uw zonden u vergeven zijn omwille van zijn naam. 13 Ik schrijf u, ouderen: u kent hem die er is vanaf het begin. Ik schrijf u, jongeren: u hebt hem die het kwaad zelf is overwonnen. 14 Kinderen, ik schrijf u dus dat u de Vader … Lees meer

Wie de ander liefheeft

1 Johannes 2:1-11 1 Kinderen, ik schrijf u dit opdat u niet zondigt. Mocht een van u echter toch zondigen, dan hebben wij een pleitbezorger bij de Vader: Jezus Christus, de rechtvaardige. 2 Hij is het die verzoening brengt voor onze zonden, en niet alleen voor die van ons, maar voor de zonden van de … Lees meer

Het leven is verschenen

1 Johannes 1:1-10 1 Wat er was vanaf het begin, wat wij gehoord hebben, wat wij met eigen ogen gezien en aanschouwd hebben, wat onze handen hebben aangeraakt, dat verkondigen wij: het Woord dat leven is. 2 Het leven is verschenen, wij hebben het gezien en getuigen ervan, we verkondigen u het eeuwige leven dat … Lees meer

Heel de aarde

Psalm 100 1 Een psalm voor het dankoffer. Juich de HEER toe, heel de aarde, 2 dien de HEER met vreugde, kom tot hem met jubelzang. 3 Erken het: de HEER is God, hij heeft ons gemaakt, hem behoren wij toe, zijn volk zijn wij, de kudde die hij weidt. 4 Kom zijn poorten binnen … Lees meer

Een andere herder

Ezechiël 34:23-30 23  Ik zal een andere herder over ze aanstellen, een die ze well zal weiden: David, mijn dienaar. Hij zal ze weiden, hij zal hun herder zijn. 24  Ik, de HEER, zal hun God zijn, en mijn dienaar David hun vorst. Ik, de HEER, heb gesproken. 25  Ik zal een vredesverbond met ze … Lees meer

Ik zal rechtspreken

Ezechiël 34:11-22 11 Dit zegt God, de HEER: Ik zal zelf naar mijn schapen omzien en zelf voor ze zorgen. 12 Zoals een herder naar zijn kudde op zoek gaat als zijn dieren verstrooid zijn geraakt, zo zal ik naar mijn schapen op zoek gaan en ze redden, uit alle plaatsen waarheen ze zijn verdreven … Lees meer

Schapen weiden

Ezechiël 34:1-10 1 De HEER richtte zich tot mij: 2 ‘Mensenkind, profeteer tegen de herders van Israël, profeteer en zeg tegen hen: “Dit zegt God, de HEER: Wee jullie, herders van Israël, want jullie hebben alleen jezelf geweid! Horen herders niet hun schapen te weiden? 3 Jullie eten wel van hun kaas, jullie gebruiken hun … Lees meer

Jullie vertrouwen op je zwaard

Ezechiël 33:21-33 21 Op de vijfde dag van de tiende maand van het twaalfde jaar van onze ballingschap kwam er een vluchteling uit Jeruzalem bij me die zei: ‘De stad is gevallen!’ 22 De avond voor de komst van de vluchteling werd ik gegrepen door de hand van de HEER, en hij opende mijn mond … Lees meer

Door het onrecht

Ezechiël 33:12-20 12  Mensenkind, zeg tegen je volksgenoten: “De rechtvaardigheid van een goed mens zal hem niet redden als hij een misdaad begaat, en de slechte daden van een slecht mens zullen hem niet ten val brengen als hij zich ervan afkeert. Een goed mens zal niet door zijn goede daden in leven blijven als … Lees meer

De dood van een slecht mens

Ezechiël 33:1-11 1 De HEER richtte zich tot mij: 2 ‘Spreek, mensenkind, zeg tegen je volksgenoten: “Als ik het zwaard op een land afstuur, en het volk dat daar woont heeft iemand als wachter aangesteld, 3 en die wachter ziet het zwaard op het land afkomen en blaast op de ramshoorn om het volk te … Lees meer

Speel op de harp

Psalm 81 1 Voor de koorleider. Op de wijs van De Gatitische. Van Asaf. 2 Jubel voor God, onze sterkte, juich voor de God van Jakob, 3 zing een lied en sla de tamboerijn, speel op de harp en de lieflijke lier, 4 blaas op de ramshoorn bij nieuwemaan en bij vollemaan voor onze feestdag, … Lees meer

Dorens en distels

Jesaja 27:2-13 2 Op die dag zal men de prachtige wijngaard bezingen. 3 Ik, de HEER, houd de wacht over mijn wijngaard, steeds opnieuw bevloei ik hem. Dag en nacht zal ik de wacht houden, zodat niemand hem kan schaden; 4 ik koester mijn woede niet. Maar zou ik dorens en distels dulden? Strijdbaar ga … Lees meer