Hosea 6:11b-7:7
11b Steeds wanneer ik het lot van mijn volk ten goede keer, 1 steeds wanneer ik Israël genees, komen Efraïms slechtheid en Samaria’s zonden aan het licht. Altijd maar bedriegen! Dieven dringen de huizen binnen, buiten plunderen roversbenden. 2 Het komt niet bij hen op dat ik al hun zonden onthoud; hun daden zullen hun opbreken, want ik zie ze voor mijn ogen gebeuren. 3 Met hun zonden doen ze de koning een plezier, met hun leugens vermaken ze de leiders. 4 Ze zijn allemaal even trouweloos. Hun hartstocht lijkt op een oven die door een bakker zo hoog is opgestookt, dat hij er niet meer naar hoeft om te zien terwijl hij het deeg kneedt en het laat rijzen. 5 Op de feestdag van onze koning verhitten ze de leiders met wijn tot die er ziek van worden, en intussen schudt de koning die verraders de hand! 6 Ze loeren, ze spannen samen, hun hart is als een oven: de hele nacht smeult het vuur, om ‘s morgens vlammend op te laaien. 7 In het vuur van hun woede verteren ze hun vorsten. Hun koningen komen allemaal ten val. Maar niemand van hen roept tot mij. (NBV)
Het zijn in de geschiedenis altijd de machthebbers die zich los zingen van het volk dat ze zouden moeten dienen. Daar tegen komen mensen in opstand. De boeren, de bouwers, de onderwijzers, het ziekenhuispersoneel, de politieagenten laten van zich horen. Het lijkt er op dat iedereen die dienst verleend op de een of andere manier zich in de steek gelaten voelt door een regering die alleen lijkt te wijzen naar de grote bedrijven die o zo belangrijk zijn, belangrijker dan betaalbaar voedsel, een goede woning, onderwijs voor de kinderen en veiligheid in de buurten waar we wonen.
Ook de God van Israël komt in opstand tegen dergelijke regeringen. In de dagen van Hosea was het dan ook wel bar gesteld met die regeringen. In het boek Koningen kunnen we daar het een en ander over teruglezen. Na de dood van koning Jerobeam werden er in korte tijd liefst vier koningen van Israël vermoord, Zacharia, Sallum, Pekachja en Pekach. Telkens weer werden ze door nieuwe machthebbers vervangen. In de dagen van koning Menachem werden er zelfs in één maand twee koningen vermoord. Die koning Pekach had zich trouwens zeer verzet tegen de macht van Assyrië, een van de wereldmachten. Dat verzet had tot gevolg dat een groot deel van zijn rijk door Assyrië was bezet.
De waarheid is het eerste slachtoffer in een oorlog. We kunnen er nu over meepraten. Toen er immers tientallen burgers werden gedood bij een bombardement door Nederlandse bommenwerpers werd ons verteld dat er geen burgers waren omgekomen. Hosea beschrijft hoe intriganten met hun leugens de machthebbers van zijn tijd in hun greep proberen te krijgen. Etentjes, feestjes en leugens zijn de middelen die ze handteren. Wij praten dan graag over een integriteitsbeleid. Hoe nauw zijn ministers, gedeputeerden en wethouders betrokken bij bedrijven die belang hebben bij hun voorstellen en besluiten. Denk niet dat de Bijbel het heeft over oude geschiedenissen waar wij ons aan hebben ontworsteld. Ook wij zullen het kwaad van het eigenbelang van machthebbers aan de kaak moeten stellen, elke dag opnieuw.