Handelingen 5:1-11
1 Een zekere Ananias verkocht samen met zijn vrouw Saffira eveneens een stuk grond, 2 maar hield een deel van de opbrengst achter-ook zijn vrouw wist daarvan-en bracht de rest van het geld naar de apostelen. 3 Maar Petrus zei: ‘Ananias, waarom heb je je door Satan laten misleiden en heb je de heilige Geest bedrogen door een deel van de opbrengst van het stuk grond achter te houden? 4 Je had het immers niet hoeven te verkopen, en nu je het wel verkocht hebt, had je met de opbrengst toch kunnen doen wat je wilde? Wat heeft je bezield om je zo te gedragen? Niet de mensen heb je bedrogen, maar God zelf.’ 5 Bij het horen van deze woorden viel Ananias neer en stierf, en iedereen wie dit ter ore kwam schrok hevig. 6 Enkele jongemannen wikkelden hem in een lijkwade, droegen hem naar buiten en begroeven hem. 7 Ongeveer drie uur later kwam zijn vrouw binnen, die niet wist wat er gebeurd was. 8 Petrus vroeg haar: ‘Zeg me, heb je het stuk grond voor dit bedrag verkocht?’ Ze antwoordde: ‘Ja, voor dit bedrag.’ 9 Daarop zei Petrus: ‘Hoe heb je durven besluiten om de Geest van de Heer te trotseren? Kijk, degenen die je man begraven hebben staan voor de deur, en ze zullen ook jou naar je graf dragen.’ 10 Onmiddellijk viel ze voor zijn voeten neer en stierf. Toen de jongemannen binnenkwamen, troffen ze haar dood aan. Ze droegen haar naar buiten en begroeven haar bij haar man. 11 De hele gemeente en allen die hiervan hoorden, werden door grote schrik bevangen. (NBV)
Moeilijk verhaal vandaag. Mensen die zich schoorvoetend aansluiten bij de nieuwe beweging van de weg worden gedood. Wij zouden zeggen dat ze dood kunnen vallen, maar de Bijbel is duidelijker, ze vallen dood. Die gemeenschap waar een groot deel van de mensen naar de Tempel gaat om te bidden maar ook om hun overtuiging uit de dragen krijgt niet veel geld binnen. Dan worden er ook nog bedelaars van hun lot bevrijdt en opneemt in de gemeenschap zijn er steeds meer mensen die van die gemeenschap afhankelijk zijn. En de beweging is nu niet direct populair bij de machthebbers. Ze hebben immers niet zo lang geleden de stichter van de beweging een schandelijke slavendood laten sterven door hem aan het kruis te hangen.
Daarom moet je onvoorwaardelijk op elkaar kunnen rekenen. Mensen die er mee sjoemelen, die de gemeenschap toch niet helemaal vertrouwen of alleen uit zijn op aanzien kunnen doodvallen. Dat is dan ook de boodschap van dit verhaal. Dat onvoorwaardelijk delen met elkaar hebben de jonge christengemeenten dan ook maar heel kort kunnen volhouden. Zoals een dichter in de vorige eeuw zei staan er wetten in de weg en praktische bezwaren. Maar dat je als christengemeenschap als het ware weer terugkeert naar de woestijn waar je onvoorwaardelijk op elkaar moet kunnen bouwen om te kunnen overleven wordt wel duidelijk. Zo was het volk Israel als volk begonnen, daar hadden ze die Wet van je naaste liefhebben als jezelf ontdekt. Uit dat volk kwam die zoon der vertroosting voort.
Die jonge christengemeenschappen hadden de cultus van die Wet omgevormd tot een Weg die iedereen op de hele aarde zou kunnen gaan. Een Weg die ook vandaag nog begaanbaar is. Een Weg waarop we de bedelaars langs de kant van de Weg weer zien zitten en de hand kunnen rijken. Een Weg waar we gemeenschappen kunnen vormen om samen sterk te staan voor de minsten op de aarde, samen schrijven met Amnesty International, samen rechtvaardige handelsverhoudingen scheppen met Fair Trade, samen werken in verzorgingshuizen, asielzoekerscentra of gevangenissen. Samen doen wat je kunt doen en elkaar daarin ondersteunen. Dat was de Weg die de Apostelen gingen na Pinksteren en waarin wij ze kunnen navolgen, ook vandaag.