Handelingen 12:18-25
18 Bij het aanbreken van de dag ontstond er enorme opschudding onder de soldaten, die zich afvroegen wat er met Petrus gebeurd kon zijn. 19 Herodes liet tevergeefs naar hem zoeken. Na de bewakers verhoord te hebben, gaf hij bevel hen terecht te stellen. Vervolgens reisde hij van Judea naar Caesarea, waar hij enige tijd bleef. 20 ¶ Destijds was Herodes de inwoners van Tyrus en Sidon vijandig gezind. De beide steden stuurden gezamenlijk enkele afgezanten naar het hof, waar ze Blastus, de kamerheer van de koning, voor hun zaak wisten te winnen. Ze wilden vrede sluiten omdat hun gebied voor de voedselvoorziening afhankelijk was van dat van de koning. 21 Op de overeengekomen dag nam Herodes in zijn koninklijke gewaad plaats op zijn troon en sprak het volk toe. 22 De mensen riepen luidkeels: ‘Hier spreekt een god, geen mens!’ 23 Onmiddellijk werd Herodes geveld door een engel van de Heer omdat hij God niet de verschuldigde eer had bewezen, en door wormen aangevreten blies hij de laatste adem uit. 24 Het woord van God verspreidde zich en vond steeds meer gehoor. 25 Barnabas en Saulus keerden terug uit Jeruzalem na daar hun gift overhandigd te hebben. Ze namen Johannes Marcus met zich mee. (NBV)
Humor in spannende tijden kan een belangrijk wapen zijn om te overleven. Je kunt van een levende keizer niet zeggen dat het belachelijk is dat hij zich god noemt, hij kan je ter dood laten brengen. Maar een koning die onverwacht dood neerviel nadat het volk hem als god had toegeroepen kun je natuurlijk wel belachelijk maken. Voor Christenen in het Romeinse Rijk moet zo’n kort verhaal over Koning Herodes lachen geweest zijn, God straft onmiddellijk. En een ruzie binnen het Romeinse Rijk tussen machthebbertjes maakte het natuurlijk nog leuker. Herodes had zijn eigen zeehaven Ceasarea, die concureerde met Tyrus en Sidon. Het lijkt er in het verhaal op dat Herodes kans had gezien om een blokkade van Tyrus en Sidon voor elkaar te krijgen. Dat was knap want de beide steden lagen in de Romeinse provincie Syrië en de Romeinen waren er niet dol op dat plaatselijke machthebbers hun eigen steden te na kwamen.
Om aan de blokkade te ontkomen stuurden Tyrus en Sidon afgezanten naar het hof van Herodus en daar wisten ze een hoge ambtenaar van de Koning gunstig voor hun zaak te stemmen. Hoe ze dat gedaan hebben vertelt het verhaal niet, maar wie bekend is met de wegen van de machtigen en hoe hen gunstig te stemmen kan vermoeden hoe het gegaan is. Wie daar niet mee bekend is heeft vast wel eens van begrippen als smeergeld, corruptie en omkoping gehoord en van die zaken is in het Romeinse Rijk voldoende opgetekend om ook in dit geval te kunnen vermoeden dat de manier waarop Blastus gunstig werd gestemd onder deze begrippen ondergebracht zou kunnen worden maar we weten het niet en moeten niet oordelen zonder de feiten te kennen. Feit is dat die Blastus genoeg invloed had om ook de Koning gunstig te stemmen en het voor elkaar te krijgen dat er vrede gesloten wordt. Dat gaat dan gepaard met de plechtige ondertekening of bevestiging van een vredesverdrag. In al die eeuwen is er op dat punt niks veranderd. Mannen in deftige pakken, Herodes in zijn koninklijk gewaad in dit geval, houden plechtige toespraken en laten zich toejuichen door het volk. Ook hier is dat het geval.
Maar tot verbijstering van de aanwezige Judeërs roept het volk van Tyrus en Sidon samen met het volk van Caesarea dat die Herodes een god is. Dat is voor de Joden een gruwel, dat was voor de Christenen ook een gruwel maar de Heidenen onder de Christenen waren er wat meer aan gewend. Bij de Joodse schrijver Flavius Josephus krijgt de dood van Herodes dan ook heel wat meer aandacht dan bij Lucas. Kennelijk vond Lucas het een goede grap en een goede wraak voor de dood van Jakobus de broer van Johannes. Het gevolg was wel dat steeds meer mensen de Christelijke weg gingen volgen. Het geld dat Saulus en Barnabas hadden ingezameld op hun voorgaande reis voor de vervolgde gemeente in Jeruzalem was dan ook meer dan welkom. Beiden gingen terug naar Antiochië. Christenen in de hoop achterlatend dat het al die zelfbenoemde godheden zou vergaan als Herodes, ze konden doodvallen. En ook dat is niet anders dan toen. Of al die deftige mannen in hun mooie pakken met hun fraaie toespraken echt vrede zullen brengen moeten we maar afwachten. En in de tijd dat we wachten kunnen we beter doen wat de mensen van de Weg, de Christenen, ook deden, de hongerigen voeden, delen met de armen en je naaste lief hebben als jezelf. Ook vandaag weer.