Hebreeën 11:1-12
Door de hele geschiedenis heen zijn er mensen geweest die geloofd hebben dat het anders zou kunnen met de wereld. De schrijver van de brief aan de Hebreeën gaat zelfs terug tot het begin der tijden. Hij haalt voorbeelden aan uit de geschiedenis van het volk Israel want hij schreef per slot van rekening aan de Joden die christen waren geworden. Ook uit onze geschiedenis zijn die voorbeelden te noemen. Voor protestanten begint dat met de daad van Maarten Luther op wat we nu noemen Hervormingsdag, 31 oktober. In 1517 spijkerde een Augustijner monnik, Maarten Luther, 95 wetenschappelijke stellingen op de deur van de slotkapel in Wittenberg. Nou was dat niet ongewoon maar die stellingen waren zo revolutionair dat ze het aanzien van de Christenheid hebben veranderd tot op de dag van vandaag.
Dat we vandaag zelf in het Nederlands in de Bijbel kunnen lezen hebben we aan die stellingen te danken. De kern van de stellingen was echter dat de intrede in het Koninkrijk van God niet te koop was, en niet uitgedeeld kon worden door kerkelijke autoriteiten.Zeker niet door de priesters van de Rooms Katholieke Kerk. Een reis naar de Wereldjongerendagen in Brazilië leverde een schriftelijk bewijs van de kerk op dat je zonden vergeven zijn. Dat is volgens protestanten afgoderij en bedrog. God zelf schonk de deelnamebewijzen, de paspoorten. En wel aan hen die bereid waren hun oude ik af te leggen, door het water heen te gaan om het stof van het oude leven af te schudden en de kleren aan te trekken van het nieuwe koninkrijk. Het klinkt allemaal nogal geheimzinnig maar lees deze stukjes maar eens terug daar kom je de beelden stuk voor stuk tegen.
Het gaat er natuurlijk om op te houden met het streven naar uiterlijk vertoon en eigen bezit en te beginnen met eerlijk delen en je naaste lief te hebben als jezelf. Het geloof dat dat kan drijft mensen hun hele leven voort. En of je dan wel of niet vergeving van zonden krijgt is ineens niet meer zo belangrijk, we hebben een genadig en barmhartig God die de kracht geeft om voor de minsten te zorgen. Maarten Luther werd er voor ter verantwoording geroepen en sprak toen “hier sta ik ik kan niet anders”. De echo van die woorden klonk door bij Rosa Parks die in Alabama niet opstond voor rassendiscriminatie, bij Martin Luther King die het aanzien van Amerika veranderde, maar ook bij Nelson Mandela die bijna een mensenleven in de gevangenis zat en ongebroken blijft werken aan een samenleving van recht en vrede. Dat geloof maakt mensen actief in vredesbewegingen, zet vrijwilligers in bij Fair Trade en wereldwinkels, voedt de voedselbanken en maakt dat je overal mensen vindt die van de wereld vol onrecht en geweld een wereld vol vrede willen maken waar iedereen aan mee kan doen en waar voor iedereen gezorgd wordt. Daar kun je elke dag aan mee gaan doen, ook vandaag weer.