Ook voor vreemdelingen die bij u in de stad wonen

Deuteronomium 5:11-21

Iedereen wordt geacht de wet te kennen nietwaar. Wij maken er meestal van dat iedereen voor zichzelf de Wet moet houden en dat we een overheid hebben om overtreders op te sporen en te bestraffen. Maar de wetten die we vandaag in de Bijbel lezen moeten we soms ook voor een ander houden. Als het gaat om mensen rust te geven en de gelegenheid te geven in plaats van te werken samen te genieten van het goede der aarde dan moeten we dat niet alleen voor onszelf regelen maar vooral voor de mensen en de dieren die voor ons werken, zelfs voor de vreemdelingen onder ons moeten we zorgen. Wij kennen wetten als regels waar we ons aan moeten houden en die ons knellen. De wetten die we in de Bijbel lezen zetten ons in beweging naar een betere samenleving. Bij het gaan van die weg en de keuzes die je daarbij moet maken moet je niet te lichtvaardig Gods naam inroepen. We moeten namelijk niks van ons geloof, we willen wat voor een ander, voor de minsten onder ons, we willen dat de hongerigen gevoed worden en de naakten gekleed. We willen dat aan de armen recht wordt gedaan. In het verhaal dat we vandaag lezen staat ook waarom we dat willen, omdat we zelf slaven zijn geweest, slaven van ons werk, slaven van alles wat moet, slaven van onze angst voor de dood en onze zucht naar altijd meer en nog meer. Daarom willen we een betere samenleving, een samenleving in vrijheid en met elkaar. Die maken we ook samen met elkaar, al luisterend naar God misschien, maar we zijn er altijd nog zelf verantwoordelijk voor. Christelijke partijen bestaan daarom ook niet. Er zijn partijen die zich christelijk noemen, die willen uitdrukken dat ze naar God willen luisteren, maar of dat zo is valt alleen maar op te maken aan het effect dat ze hebben op de armen in de wereld. De meeste van die regels voor een betere samenleving zijn zeer eenvoudig. Nooit je afkomst vergeten is er één van. Er staat niet dat je gehoorzaam moet zijn aan je vader en moeder, dat je maar alles moet toestaan wat ze met je uit willen halen. Nee,  maar je moet nooit vergeten waar je vandaan gekomen bent. Uit een goed gezin, doe het dan tenminste even goed, uit een slecht gezin, doe het dan tenminste beter en aarzel niet daar hulp bij te vragen, juist omdat je het goede wil doen en niets dan het goede. Natuurlijk moorden we niet, beschouwen we onze partners als gelijken en niet als objecten voor persoonlijk genot, respecteren we het bezit waar een ander van moet leven en liegen we niet tegen een rechtbank zodat er onrecht geschiedt. De vrouw van een ander is geen bezit staat er en het bezit van een ander hoort aan die ander. Regels die in elke samenleving thuis horen. Regels die maken dat elke samenleving een goede samenleving kan zijn. Dat is namelijk wat onze God wil, dat is ons geloof. Als er wat moet van ons geloof is het een betere wereld te maken, waar ieder te eten heeft en iedereen mee mag doen. Daarheen mogen we op weg. Ook vandaag weer.

Plaats een reactie