Geef uw duifje niet prijs

Psalm 74:13-23

In het tweede deel van deze Psalm draait de dichter de zaken om. Had de God van Israël het volk in de steek gelaten omdat het liever andere goden naliep. Had het volk de Wet van God, Heb-Uw-Naaste-Lief-als-Uzelf, verwaarloosd zodat onrechtvaardigheid het land was gaan beheersen. Was er vanuit Israël niets meer uitgegaan wat God eer zou kunnen bezorgen, en had daardoor God zijn handen van het volk afgetrokken, nu beroept de dichter zich op de spotters die de God van Israël bespotten omdat die het zwakke Israël in de steek heeft gelaten. Die God was toch machtiger dan al die natuurverschijnselen die door de vijanden van Israël als god werden aanbeden? De zee, met haar machtige monsters, een zee zo machtig dat zij met de dood zelf werd vereenzelvigd. Bronnen en beken en altijd stromende rivieren, elk had bij de Heidenen een eigen god. De dag en de nacht, de zon en de maan, machtige goden met eigen Tempels en zelfs jaarlijkse bruiloften. De goden van zomer, hefst, winter en lente die aangeroepen en wakker gemaakt moesten worden. Al die goden waren immers van nul en generlei waarde, al die verschijnselen waren geschapen en op hun plaats gezet door de God van Israël. Maar de aanhangers van die goden lijken wel sterker en belangrijker dan Israël. Daarom de smeekbede om het verbond met Israël na te komen, om de lieveling van God, zijn eigen duifje, niet prijs te geven, om de verdrukten niet teleurgesteld heen te laten gaan. God zou zo te hulp moeten komen dat de zwakken en armen Gods naam weer kunnen loven. God moet het razen van de tegenstanders, het tieren van de vijanden niet vergeten. Dat bespotten van God gebeurt door dwazen, die doen dat vandaag de dag ook nog wel van tijd tot tijd, daar hoef je je niet druk om te maken. Maar de aanhangers van de moderne afgoden, winst en profijt, aanzien en fatsoen, meer en nog meer, macht en geweld, proberen de naam van de God van Israël uit de wereld uit te bannen. Om te beginnen zou die naam alleen in schaarse kerken moeten klinken en vooral niet daarbuiten. En let op, op den duur zullen dan ook die kerken gesloten worden. De enige manier om tegenwicht te bieden is te zorgen dat de Wet van de God van Israël weer gevolgd gaat worden. Dan zullen armen en zwakken de naam van God weer loven. Dat zal ook indruk maken. Want de goden van goud en beloften brengen alleen afgunst en oorlog voort. Die zorgen voor de financiële, economische en voedselcrisis. Het volgen van de Wet van de God van Israël zorgt dat de hongerigen weer gevoed worden, dat lammen kunnen lopen en blinden kunnen zien, dat alle tranen gewist worden en dat het overal op aarde vrede is. Aan die nieuwe wereld kunnen we vandaag gaan werken. God zal ons niet in de steek laten, laat dan ook God niet in de steek.

Plaats een reactie