Romeinen 3:21-31
21 Maar nu is Gods gerechtigheid, waarvan de Wet en de Profeten al getuigen, zichtbaar geworden buiten de wet om: 22 God schenkt vrijspraak op grond van geloof in Jezus Christus, aan allen die geloven. En er is geen onderscheid. 23 Want iedereen heeft gezondigd en ontbeert de nabijheid van God, 24 en iedereen wordt uit genade rechtvaardig verklaard, om niet, dankzij de verlossing door Christus Jezus. 25-26 Hij is door God aangewezen om door zijn dood het middel tot verzoening te zijn voor wie gelooft. Hiermee toont God zijn gerechtigheid, want in zijn verdraagzaamheid gaat Hij voorbij aan de zonden die in het verleden zijn begaan, om nu, in deze tijd, zijn gerechtigheid te bewijzen: Hij laat zien dat Hij rechtvaardig is door iedereen vrij te spreken die in Jezus gelooft.
27 Kan iemand zich dan nog ergens op laten voorstaan? Dat is uitgesloten. Door welke wet? De wet die naleving eist? Nee, door de wet van het geloof. 28 Ik heb u er immers op gewezen dat een mens door geloof wordt vrijgesproken, en niet door de wet na te leven. 29 Is God soms alleen de God van de Joden en niet ook van de andere volken? Zeker ook van de andere volken, 30 want er is maar één God, en Hij zal zowel besnedenen als onbesnedenen op grond van hun geloof rechtvaardig verklaren. 31 Stellen wij door het geloof de wet buiten werking? Integendeel, wij bevestigen de wet juist. (NBV21)
Zo af en toe kom je in de brieven van Paulus van die ingewikkelde theologische teksten tegen. Je snapt er bijna niks van. Dat komt omdat Paulus vaak in zijn brieven in discussie ging met verschillende opvattingen. Je had de opvattingen van Romeinse en Griekse filosofen en je had de opvattingen van de verschillende Joodse stromingen. De meesten van ons hebben daarvoor niet doorgeleerd en dan blijven die stukken van Paulus eigenlijk gesloten. Toch zijn ze niet minder belangrijk. Ook in onze tijd zijn er van die stromingen die mensen geluk beloven als ze hun methode maar volgen. Zo is er een filosofie, een geheim zeggen ze zelf, dat mensen wijs maakt dat als ze sterk ergens aan denken het zal gebeuren ook. Als je nu je denken maar sterk genoeg maakt dan zal je alles lukken. Het is bijna zoals Paulus zegt, als je maar genoeg gelooft dan krijg je het vanzelf voor elkaar. Maar Paulus zegt nu juist dat je niet in jezelf hoeft te geloven. Je hoeft de kracht niet in jezelf te zoeken.
Geloof nu maar dat het aan Jezus van Nazareth is gelukt om het zelfs door de dood heen vol te houden dan krijg je vanzelf de moed om er weer opnieuw mee te beginnen. Juist omdat het Jezus van Nazareth is gelukt hoeven wij het niet op ons eentje te doen maar mogen we het samen opnieuw en opnieuw proberen. Die gedachten fantasie van die nieuwe stroming zal je daarom op de duur alleen maar teleurstellen. De Weg van Jezus van Nazareth gaat inmiddels al eeuwen en eeuwen door en heel langzaam dringt over de hele aarde tot alle mensen door dat ze samen voor elkaar in moeten staan en alles voor elkaar over moeten hebben. Telkens weer gaat dat mis en telkens weer worden er talrijke mensen het slachtoffer van dat mislukken en telkens weer mogen we er weer opnieuw mee beginnen om te ontdekken dat elkaar helpen, dat houden van je naaste als van jezelf, echt helpt om de grootste problemen te overwinnen.
Alleen maar gericht zijn op het krijgen wat je hebben wilt is dan eigenlijk maar een armzalig bezig zijn. Je bent toch immers veel rijker als iedereen het leven krijgt. Het najagen van bezit en geluk is najagen van lucht en leegte staat ergens anders geschreven. Als je zo de stukken van Paulus leest worden ze ineens een stuk helderder. We hoeven zelfs niet eens zo goed als Jezus van Nazareth te worden. Hem navolgen in het zien van de minsten onder ons is al genoeg. We hoeven er zelfs niet voor op onze borst te kloppen. Het kost niks om een ander mens recht te doen, daar hoeven we niet trots op te zijn of ons op te laten voorstaan. We krijgen er ook niks voor terug. Of we minder of meer voor anderen zorgen maakt bij het einde van de geschiedenis niet uit. God heeft ons evengoed lief. Alleen als we leven ten kosten van anderen hebben we het goede al gehad en valt er dus niks te wensen over. We hoeven alleen maar blij te zijn dat het lukt samen te leven en dat maakt ons rijk genoeg, oneindig rijk aan geluk namelijk.