Psalm 14
1 Voor de koorleider. Van David. Dwazen denken: Er is geen God. Verdorven zijn ze, en gruwelijk hun daden, geen van hen deugt. 2 De HEER kijkt vanuit de hemel naar de mensen om te zien of er één verstandig is, één die God zoekt. 3 Allen zijn afgedwaald, allen ontaard, geen van hen deugt, niet één. 4 Hebben ze dan geen inzicht, die kwaadstichters? Ze verslinden mijn volk of het brood is en roepen de HEER niet aan. 5 Nog even, en hen overvalt een hevige angst,vwant God is met de rechtvaardigen. 6 Lach maar om het vertrouwen van de zwakke – hij vindt zijn toevlucht bij de HEER. 7 Ach, laat uit Sion redding komen voor Israël. Als de HEER het lot van zijn volk ten goede keert, zal Jakob juichen, Israël zich verheugen. (NBV21)
Op de dag dat uit een onderzoek blijkt dat 60% van de Nederlandse bevolking niet meer als “gelovig” wordt aangemerkt blijkt dat het dagelijks leesrooster van het Bijbelgenootschap Psalm 14 op het rooster heeft gezet. Voor vele gelovigen is deze psalm een aanwijzing dat zij beter zijn dan anderen, want als je zegt dat die God van die gelovigen niet bestaat dan ben je een dwaas. Maar zo eenvoudig is het niet. Die dwaas die we in de Nederlandse vertaling lezen is niet zo maar een dom persoon. Het is een persoon die ook als verdorven wordt beschreven. En dat is in deze psalm niet anders.
De dwazen zijn gewetenloos moeten we in deze psalm zeggen. En uit ander onderzoek blijkt dat de regel “wat gij niet wilt dat u geschied doet dat ook een ander niet” door een overgrote meerderheid van de mensen wordt onderschreven. Het is een regel die in alle religies voorkomt. Collectes brengen nog steeds geld op, goede doelen worden nog steeds ruim bedeeld door het Nederlandse volk. Vrijwilligers zijn er op alle terreinen van het leven te vinden, van planten water geven voor de buren tot het bestrijden van stikstofuitstoot. De psalm zegt dat God met de rechtvaardigen is. En vele mensen die zich voor een ander inzetten, die proberen mensen tot hun recht te laten komen zullen zeggen, dat zal wel.
Maar dat is dan toch niet de God van de zwarte kousen, de God die alle mensen slecht vindt, die geen mensen kent die het goede doen, de God die kinderen dood en mensen laat lijden. De God die vrouwen en anders geaarden op het tweede plan zet. De kans dat die God niet bestaat is inderdaad heel erg groot. Dat is niet de God waarover in de Bijbel wordt verteld. Die is er voor de zwakken, die let niet op het onderscheid waarmee mensen eigen macht vestigen. Die God kun je ontmoeten in de zwakken en je kunt je er in gemeenschappen toe laten inspireren. Tijdens de kerst als het over een machtig kind in een voederbak gaat dan zullen de kerken weer vol zitten.