1 Koningen 21:17-29
7 De HEER richtte zich tot de Tisbiet Elia met de woorden: 18 ‘Kom, ga Achab, de koning van Israël, tegemoet. Hij is vanuit Samaria naar de wijngaard van Nabot gekomen om die in bezit te nemen. 19 Zeg tegen hem: “Dit zegt de HEER: Je hebt een moord gepleegd en je het bezit van een ander toegeëigend.” Zeg hem ook: “Dit zegt de HEER: Op de plaats waar de honden het bloed van Nabot hebben opgelikt, zullen ze ook jouw bloed oplikken.”’ 20 Toen Achab Elia zag, zei hij: ‘Mijn vijand heeft me dus weer weten te vinden.’ ‘Ik heb u gevonden,’ antwoordde Elia. ‘U hebt u ertoe geleend iets te doen dat slecht is in de ogen van de HEER. 21 Daarom breng Ik onheil over u: U zult worden weggevaagd en alle mannelijke leden van uw koningshuis, van hoog tot laag, zullen worden uitgeroeid. 22 Omdat u de HEER hebt getergd door de Israëlieten aan te zetten tot zonde, zal het uw familie vergaan zoals het de familie van Jerobeam, de zoon van Nebat, vergaan is, en de familie van Basa, de zoon van Achia. 23 En over Izebel heeft de HEER gezegd: “De honden zullen Izebel opvreten onder de stadsmuur van Jizreël.” 24 Wie van de familie van Achab in de stad sterft, zal door de honden worden opgevreten, en wie sterft in het open veld, zal worden opgevreten door de roofvogels.’ 25 (Inderdaad, niemand heeft zich er meer dan Achab op toegelegd te doen wat slecht is in de ogen van de HEER. En het was zijn vrouw Izebel die hem daartoe aanzette. 26 Het was gruwelijk, zoals hij afgoden vereerde naar het voorbeeld van de Amorieten, die door de HEER voor de Israëlieten waren verdreven.) 27 Bij het horen van deze woorden scheurde Achab zijn kleren. Hij trok een boetekleed aan, dat hij op zijn blote lijf droeg en waarin hij ook sliep. Hij vastte en gedroeg zich ook verder zeer berouwvol. 28 De HEER richtte zich tot Elia met de woorden: 29 ‘Heb je gezien hoe Achab zich voor Mij vernedert? Omdat hij berouw toont, zal Ik het onheil over zijn koningshuis niet tijdens zijn leven voltrekken, maar tijdens het leven van zijn zoon.’ (NBV21)
Elia is een diplomaat, de scherpe straf die God hem opdraagt te brengen aan Koning Achab, de honden zullen jouw bloed oplikken op de plek waar ze ook het bloed van Nabod hebben opgelikt, brengt hij in keurige diplomatieke taal over. Het is niet minder effectvol. “Je hebt een moord gepleegd” is het oordeel van Elia. Zijn er soms bestuurders die zo bang zijn voor dat oordeel dat ze een onderzoek naar hun beweegredenen om mee te doen aan de oorlog tegen Irak steeds hebben tegengehouden en toen dat niet meer mogelijk was zo lang mogelijk hebben uitgesteld? Want net zomin er Godslastering was te vinden bij Nabod, daar werd hij van beschuldigd, waren er massavernietigingswapens te vinden in Irak, de reden toch om met dat land een oorlog te beginnen. Maar dat soort fouten maken leidt in de Bijbel zelden tot een eeuwige veroordeling. Als je dat soort fouten maakt hoeft het verhaal niet slecht af te lopen. In dit geval toont Achab berouw, hij laat op gepaste wijze zien dat hij verdriet heeft, hij trok een boetekleed aan.
Dat moet je letterlijk nemen, tegenwoordig is sorry zeggen ook al het boetekleed aantrekken maar dat ziet men maar even. Bij Achab kon je dat boetekleed dag en nacht zien. Achab werd heen en weer geslingerd tussen twee culturen. De cultuur van Elia, met een strenge aanbidding van de God van Israël met uitsluiting van andere goden en de cultuur van Izebel die van de God van Israël niets wil weten maar die de vruchtbaarheidsgoden van Kanaän aanbidt, de goden van winst en profijt. Aan de cultuur van Izebel zal ook de zoon van Achab zich niet kunnen onttrekken. De grootheid waar Achab zich mee kan tonen, met belangrijke vrienden en al, is zo verleidelijk dat machthebbers daar altijd voor zullen gaan. Ook onze machthebbers vinden het maar al te mooi als ze een kwartietje worden ontvangen op het Witte Huis in Washington, wie daar ook president is en wat voor fouten die president ook weet te maken.
Zorg voor de armen en rechtvaardigen en vrede komen dan altijd achter de zorg voor eigen eer en eigen ambitie. Wij kunnen dat onze politici verwijten maar wij kiezen ze zelf of we kiezen voor laffe angsthazen die meer oorlog veroorzaken dan ze weten te voorkomen. En ook bij die laffe angsthazen lijkt het eigen voorkomen, de kleur van het haar en de snit van het pak met de stropdas, belangrijker dan het lot van de armen in de wijken met de goedkoopste woningen en het minste onderhoud. In de Bijbel staan er voortdurend mensen op die de grootheidswaan van regeerders aan de orde stellen. Uiteindelijk zullen in het verhaal van de Bijbel gelovigen, in die beweging van heb Uw-naaste-lief-als-Uzelf, gemeenschappen vormen die zich over de hele bewoonde wereld zouden verspreiden. Bij die beweging kunnen we ons ook vandaag weer aansluiten, om machthebbers als Achab te bewegen de goede weg te gaan, de weg van gerechtigheid en vrede.