Al het werk

Lucas 10:38-42 38 Toen ze verder trokken ging Hij een dorp in, waar Hij gastvrij werd ontvangen door een vrouw die Marta heette. 39 Haar zus, Maria, ging aan de voeten van de Heer zitten en luisterde naar zijn woorden. 40 Maar Marta werd helemaal in beslag genomen door de zorg voor haar gasten. Ze … Lees meer

Doet u dan voortaan net zo

Lucas 10:25-37 25 Er kwam een wetgeleerde die Hem op de proef wilde stellen. Hij vroeg: ‘Meester, wat moet ik doen om deel te krijgen aan het eeuwige leven?’ 26 Jezus antwoordde: ‘Wat staat er in de wet geschreven? Wat leest u daar?’ 27 De wetgeleerde antwoordde: ‘Heb de Heer, uw God, lief met heel … Lees meer

Eenvoudige mensen

Lucas 10:17-24 17 De tweeënzeventig keerden vol vreugde terug en zeiden: ‘Heer, zelfs de demonen onderwerpen zich aan ons bij het horen van uw naam.’ 18 Hij zei tegen hen: ‘Ik heb Satan als een lichtflits uit de hemel zien vallen! 19 Bedenk wel: Ik heb jullie de macht gegeven om slangen en schorpioenen te … Lees meer

Geen sandalen

Lucas 10:1-16 1 Daarna stelde de Heer tweeënzeventig anderen aan, die Hij twee aan twee voor zich uit zond naar iedere stad en plaats waar Hij van plan was heen te gaan. 2 Hij zei tegen hen: ‘De oogst is groot, maar er zijn weinig arbeiders; vraag dus de eigenaar van de oogst of Hij … Lees meer

De hand aan de ploeg

Lucas 9:51-62 51 Toen de tijd naderde dat Jezus in de hemel zou worden opgenomen, ging Hij vastberaden op weg naar Jeruzalem. 52 Hij stuurde boden voor zich uit. In een Samaritaans dorp, waar ze kwamen om zijn komst voor te bereiden, 53 wilden de dorpelingen Hem niet ontvangen, omdat Jeruzalem het doel van zijn … Lees meer

Op de proef

2 Korintiërs 13:1-13 1 Ik kom nu voor de derde keer naar u toe. U weet: iedere zaak kan met een verklaring van twee of drie getuigen worden beslecht. 2 Welnu, ik heb het tegen degenen die maar bleven zondigen en ook tegen alle anderen al gezegd toen ik de tweede keer bij u was, … Lees meer

U had me moeten aanbevelen.

2 Korintiërs 12:11-21 11 Ik heb me aangesteld als een dwaas, maar u hebt me ertoe gedwongen. U had me moeten aanbevelen. Want ik mag dan onbeduidend zijn, ik doe toch echt niet onder voor die geweldige apostelen van u. 12 Alles wat een apostel tot apostel maakt, heb ik u laten zien: volharding in … Lees meer

Mijn zwakheid.

2 Korintiërs 11:30-12:10 30 Als ik me dan toch op iets moet laten voorstaan, dan laat ik mij voorstaan op mijn zwakheid. 31 De God en Vader van de Heer Jezus, de God die moet worden geprezen tot in eeuwigheid, weet dat ik niet lieg. 32 Toen ik in Damascus was, liet de etnarch van … Lees meer

Dat ben ik ook.

2 Korintiërs 11:16-29 16 Nogmaals, laat niemand denken dat ik een dwaas ben. Maar mocht u dat toch denken, accepteer me dan ook als een dwaas en sta me toe dat ook ik eens opschep over mezelf. 17 Wat ik nu ga zeggen komt niet van de Heer, het is de grootspraak van een dwaas. … Lees meer

Schijnapostelen

2 Korintiërs 11:1-15 1 Gunde u me maar dat ik een beetje dwaas doe! Vooruit, accepteer het van me, 2 want ik waak over u zoals God over u waakt: ik heb u aan één man uitgehuwelijkt, aan Christus, en ik wil u als een kuise bruid aan Hem geven. 3 Alleen vrees ik dat, … Lees meer

Wij beroemen ons niet

2 Korintiërs 10:12-18 12 We zouden niet durven ons te vergelijken met degenen die zichzelf aanprijzen, laat staan ons aan hen gelijk te stellen. Maar ja, zij nemen zichzelf als maatstaf en zien zichzelf als norm, en tonen daarmee dat ze er niets van begrijpen. 13 Wij daarentegen willen niet buiten onze grenzen treden als … Lees meer

Niet de wapens

1 Ik, Paulus, die me volgens zeggen zo bedeesd gedraag wanneer ik bij u ben en alleen uit de verte flink doe tegen u, ik doe een beroep op u in naam van de zachtmoedigheid en mildheid van Christus. 2 Het ontbreekt mij allerminst aan zelfvertrouwen om, eenmaal bij u, streng te durven optreden tegen … Lees meer