Niet dat ik al zover ben

Filippenzen 3:12-21 12  Niet dat ik al zover ben en mijn doel al heb bereikt. Maar ik houd vol in de hoop eens dat te kunnen grijpen waarvoor Christus Jezus mij gegrepen heeft. 13  Broeders en zusters, ik beeld me niet in dat ik het al heb bereikt, maar één ding is zeker: ik vergeet … Lees meer

Zelf uit de dood opstaan

1 ¶  Voor het overige, broeders en zusters, laat de Heer uw vreugde blijven. Ik heb er geen moeite mee te herhalen wat ik u al geschreven heb; het is voor uw eigen bestwil. 2  Pas op  voor die honden met hun kwalijke praktijken, pas op voor die versnijdenis van ze! 3  Wij zijn het … Lees meer

Onberispelijke kinderen van God

Filippenzen 2:12-18 12 ¶  Geliefde broeders en zusters, u bent altijd gehoorzaam geweest toen ik bij u was. Wees het des te meer nu ik niet bij u ben. Blijf u inspannen voor uw redding, en doe dat in diep ontzag voor God, 13  want het is God die zowel het willen als het handelen … Lees meer

Acht de ander belangrijker dan uzelf.

Filippenzen 1:27-2:11 27 ¶  Leef in overeenstemming met het evangelie van Christus, zodat ik kan horen, of straks zelf kan zien, dat u één van geest bent en samen voor het geloof in het evangelie strijdt. 28  Laat u op geen enkele manier door uw tegenstanders angst aanjagen, want dat is een teken van God: … Lees meer

En mijn vreugde is blijvend.

Filippenzen 1:12-26 12 ¶  U moet weten, broeders en zusters, dat wat mij is overkomen er juist toe bijdraagt dat het evangelie wordt verspreid. 13  Het is iedereen in het Romeinse hoofdkwartier en alle anderen duidelijk geworden dat ik gevangen zit omwille van Christus. 14  Bovendien durven de meeste broeders en zusters, omdat ze door … Lees meer

Ik bid dat uw liefde blijft groeien

Filippenzen 1:1-11 1 ¶  Van Paulus en Timoteüs, dienaren van Christus Jezus. Aan alle heiligen in Filippi die één zijn in Christus Jezus, en aan hun opzieners en dienaren. 2  Genade zij u en vrede van God, onze Vader, en van de Heer Jezus Christus. 3 ¶  Ik dank mijn God altijd wanneer ik aan … Lees meer

Zet een wacht voor mijn mond

Psalm 141 1 ¶  Een psalm van David. HEER, u roep ik aan, kom mij te hulp, luister naar mij nu ik tot u roep. 2  Laat mijn gebed voor u zijn als reukwerk, mijn geheven handen als een avondoffer. 3  Zet een wacht voor mijn mond, HEER,  een post voor de deur van mijn … Lees meer

Ook ik, Tertius

Romeinen 16:17-27 17 ¶  Ik spoor u aan, broeders en zusters, op te passen voor degenen die tweedracht zaaien en anderen in de weg staan, en die daarmee ingaan tegen alles wat u hebt geleerd. Ga hun uit de weg, 18  want zulke mensen dienen niet Christus, onze Heer, maar alleen hun eigen lusten, en … Lees meer

Mijn medewerkers

Romeinen 16:1-16 1 ¶  Ik beveel onze zuster Febe bij u aan, die in dienst staat van de gemeente in Kenchreeën.2  Ontvang haar in de naam van de Heer, op een wijze die bij de heiligen past. En sta haar bij wanneer ze uw hulp ergens voor nodig heeft, want ze is velen tot steun … Lees meer

Een God welgevallig offer

Romeinen 15:14-33 14 ¶  Broeders en zusters, ikzelf ben ervan overtuigd dat u inderdaad niets dan het goede wilt en dat het u niet aan kennis ontbreekt, zodat u ook in staat bent om elkaar terecht te wijzen. 15  Ik heb u hier en daar nogal vrijmoedig geschreven, maar alleen om u te herinneren aan … Lees meer

De sterken moeten de zwakken helpen

Romeinen 15:1-13 1 ¶  Wij, de sterken, moeten de zwakken in hun kwetsbaarheid helpen en niet ons eigen belang dienen. 2  Laat ieder van ons zich richten op het belang van de ander, op wat goed en opbouwend voor hem is. 3  Ook Christus zocht niet zijn eigen belang; integendeel, er staat geschreven: ‘De smaad … Lees meer