1 Johannes 4:11-21
Dat is één van de eerste vragen die je tegenwoordig krijgt als je zegt dat je in God gelooft. “Heb je God dan ooit gezien?” Het geeft wel aan dat in onze samenleving de oude gewoonte om afbeeldingen te maken van de God waarin je gelooft niet meer bestaat. Want men vraagt niet meer hoe jouw God er dan wel uit mag zien. Niemand heeft dus God ooit gezien maar als we elkaar liefhebben dan ervaren we God meer dan ooit tevoren. God in ons, wij in God, het zijn abstracte begrippen voor iets dat voor gelovigen een zeer concrete werkelijkheid is geworden. Dat komt omdat we door lief te hebben delen in de Geest van God. Wie werkelijk liefheeft is voortdurend bedacht op de naaste die men liefheeft. Voortdurend wordt de vraag gesteld of wel voldoende gedeeld wordt, of wel voldoende lief gehad wordt. Zelfs al zou dat leiden tot de dood dan nog staat die liefde voor de naaste voorop. Dat het kan hebben we te danken aan Jezus van Nazareth die de liefde voor de naaste doorleefde door de dood heen. Zijn liefde bleef ondanks zijn kruisiging een levende werkelijkheid. De appel valt niet ver van de boom kun je bij Jezus van Nazareth zeker zeggen want zoals we de liefde van God ervaren in onze liefde voor de naaste zo moet Jezus van Nazareth wel de zoon van God zijn als hij met zijn liefde zelfs de dood kon overwinnen. Nu moeten we bij het lezen van deze bijbelpassage wel bedenken dat alle mensen onze broeders of zusters zijn. De opmerking dat wie zijn broeder of zuster haat een leugenaar is als die zegt God lief te hebben geldt niet alleen voor mensen die ruzie maken in de eigen kerkgemeenschap of familie. Nee het geldt echt voor iedereen die een ander haat. Vergeet nooit dat Jezus van Nazareth aan het kruis vergeving vroeg voor hen die hem veroordeelden en voor hen die hem aan het kruis sloegen. Wat iemand ook een ander aangedaan heeft, of ons heeft aangedaan, we kunnen altijd blijven proberen die ander op een andere weg te brengen, de weg van de liefde. Wie God liefheeft moet ook de ander liefhebben. Zelf het goede voorbeeld geven en de ander onvoorwaardelijk liefhebben is het begin. Dat betekent niet dat je alles maar goed vindt van een ander. Wie houdt van de inwoners van Israël zal tegen hen zeggen dat vrede maken meer veiligheid geeft dan oorlog voeren en wie houdt van de Palestijnen zal tegen hen zeggen dat ze een weg moeten voeren om samen te leven met Israël en dat die weg hen eerder een staat en welvaart oplevert dan de weg van het schieten van raketten en het plegen van zelfmoordaanslagen. Wie de ander liefheeft houdt zichzelf en de ander een spiegel voor, de spiegel van God die ons gebiedt de ander lief te hebben als onszelf.